In de media

Als de stream uitvalt, telt het niet

De gemeenteraad van Raalte moest een digitale vergadering overdoen, nadat bleek dat een deel daarvan buiten beeld was gebleven. Een haperende livestream maakt van een raadsvergadering géén raadsvergadering.

Redactie - 29 april 2021
John Bijl (foto: Ties van der Heide/RTV Oost)

Het leek een formaliteit: een motie van wantrouwen, een schorsing, beraad in de fractiekamers — en daarna een stemming. Maar wie woensdagavond de gemeenteraad van Raalte volgde via de livestream, zag ineens niets meer. Tijdens het spannendste deel van de vergadering, na de hervatting, bleef het scherm zwart. De raad stemde tóch. Maar volgens de wet telde dat niet.

‘De Gemeentewet is heel eenvoudig’, zegt John Bijl van het Periklesinstituut. ‘Op het moment dat je in een digitale vergadering zit, moet die openbaar te volgen zijn. Als dat niet zo is, dan is het eigenlijk gewoon geen vergadering.’ Bijl schreef mee aan de spoedwet die digitaal vergaderen tijdens de coronapandemie mogelijk maakte. De wet is glashelder: zonder zichtbaarheid, geen geldigheid.

Techniek is geen detail

Toch ging de raad door. ‘Wij dachten eigenlijk: we nemen het op, dat is wel rechtsgeldig’, aldus burgemeester Martijn Dadema. ‘We kwamen er al heel snel achter dat dat niet het geval was.’ De conclusie was onvermijdelijk: de stemming moest over.

Bijl is stellig: ‘Het telt niet mee wat er is besproken toen de stream het niet deed. Je mag het niet als een formele vergadering zien. Dus ook geen formele stemming. De oplossing is eenvoudig: het moet over.’

Democratisch toneelstukje?

En dus kwam de raad de volgende avond opnieuw bijeen, ditmaal met een werkende livestream. Het enige agendapunt: de herhaling van de stemming. Voor raadslid Egbert den Daas voelde het als een toneelstukje. ‘Dat is jammer. Hoewel ik mijn spreektekst nog wat aangescherpt heb.’

Toch is het geen overbodige herhalingsoefening. Integendeel. De democratische legitimiteit van besluitvorming rust niet alleen op de inhoud, maar óók op de vorm. En in tijden van digitaal vergaderen is techniek geen bijzaak, maar randvoorwaarde voor rechtsgeldigheid.