Het aantal twistgesprekken, (té) felle debatten en gewoon snoeiharde ruzies lijkt te zijn toegenomen. Hoe komt dat toch? VNG Magazine vroeg het John Bijl van het Periklesinstituut, oud-burgemeester Geert Leers en interim-griffier Evert Bunt.
In diverse gemeenteraden rommelde het flink, het afgelopen jaar. Scheldpartijen over en weer zijn geen uitzonderingen meer. In Geertruidenberg viel de coalitie in de zomer plotseling uiteen en is het onderling vertrouwen tussen de raadsleden ver te zoeken. Ook in Almelo, Barendrecht, Montferland en anderen moesten er gesprekken en sessies aan te pas komen. ‘In ongeveer een kwart van de gemeenten is de sfeer de afgelopen dertig jaar minder geworden’, schat Bijl. ‘Gelukkig kwam het in heel veel gevallen ook weer goed.’
Volgens Bijl en Bunt is het de laatste tijd erger geworden met de onderlinge ruzies in de raad. ‘Raadsleden lijken soms niet meer naar elkaar te willen luisteren, observeert Bunt. ‘Vaak zijn zulke partijen ombudspolitiek aan het bedrijven,’ zegt Bijl. ‘Ze eisen dat hun ideeën direct worden ingewilligd. Dan gaat het mis, want zo werkt een democratie niet.’
Vooral nieuwkomers in de raad moeten daaraan wennen. Zij zijn vaak directer, zowel in het contact met de inwoners als in de manier van politiek bedrijven, vindt Leers. ‘Dat is geen diskwalificatie. Het zijn partijen die dichter bij de mensen staan. Ze durven ook verder te gaan dan gevestigde partijen, die vaak meer procedureel zijn ingericht.’
De oplossing is mensen naar elkaar te laten luisteren — en laten snappen dat er meerdere manieren zijn om politiek te bedrijven, zegt Bijl. Hij heeft veel ruziënde raden terug op de rails geholpen. ‘Kameraadschappelijkheid moet een belangrijke kernwaarde voor raadsleden worden. Het zijn namelijk mensen met wie je hetzelfde vak bedrijft.’
Lees het hele interview met Leers, Bunt en Bijl bij VNG Magazine.