Naast het kaderstellen en het controleren heeft de gemeenteraad nog één belangrijk instrument om het gemeentelijk beleid te bepalen: de raadsinstrumenten. Met moties en amendementen is een raadslid altijd in staat om een voordracht van een college bij te sturen… Althans daar een voorstel voor te te doen. Want een motie of amendement is pas beleid wanneer deze door de raad is aangenomen.
In deze module behandelen we de belangrijkste raadsinstrumenten: vragen aan het college, de motie en het amendement. Vooral de laatste twee worden nog al eens op één grote hoop gegooid, maar zijn toch o zo verschillend. We behandelen daarom niet alleen de techniek van raadsinstrumenten, maar ook de strategische keuze achter het gebruik. Zodat de deelnemers na afloop scherper de keuze kunnen maken welk instrument men kiest en hoe men het inzet.
Voor amendementen laten we daarbij ook zien hoe ze met de begroting en jaarstukken zelf de dekking van hun motie kunnen omschrijven. Met de door ons ontwikkelde taakhulp Hoe vind ik geld voor mijn voorstel? navigeren ze door de financiële beleidsstukken om zelf met een dekkingsvoorstel te komen en hier de argumentatie voor te vinden.
We laten stap voor stap zien hoe je met je politieke strategie bepaalt welk ‘soort’ instrument het meest geschikt is voor het politieke doel. We maken hier het onderscheid in het bestuurlijk effect, het politiek effect en het electoraal effect van raadsinstrumenten.
Na het bepalen van het doel laten we zien hoe je elk van de gewenste effecten vorm geeft in een motie. Daar komt niet alleen het dictum aan bod, maar juist ook welke overwegingen en constateringen je in de motie opneemt om de haalbaarheid te vergroten. We laten zien hoe de strategische keuzes mede-bepalend zijn voor de formuleringen ervan — en hoe ze het succes van de motie kunnen vergroten door waarden van andere fracties op te nemen.
Met het Programma Strategisch gebruik van raadsinstrumenten zijn de deelnemers in staat om met een praktisch stappenplan de juiste keuze te maken voor een raadsinstrument én het op de juiste manier in te zetten. Daarnaast weten ze de weg in de begroting om dekking te vinden voor hun eigen voorstel. De taakhulpen van de training helpt ze daarbij.