Oirschotse ambtenaar niet in Eindhovense raad

De Oirschotse ambtenaar Ed Winters ziet af van zijn raadszetel. De VVD’er zou deze maand worden geïnstalleerd, maar zijn werkgever de gemeente Oirschot concludeerde dat zijn hoofdfunctie daarmee ‘onverenigbaar’ is.

Dergelijke samenloop is onoverkomelijk, zegt ook John Bijl tegen Binnenlands Bestuur. ‘Dubbele petten en belangen zijn inherent aan het raads- en Statenlidmaatschap,’ legt hij uit. Raads- en Statenleden zijn immers parttime volksvertegenwoordiger en hebben vaak een andere functie naast het raads of Statenwerk. Ook privé kunnen er conflicterende belangen zijn, bijvoorbeeld omdat je actief bent in het verenigingsleven. Juist daarom is het verstandig om zelf ook een goed beeld te hebben van je professionele én particuliere belangen, zegt Bijl.

De gemeente Oirschot kan Winters niet verbieden om raadslid te worden, zegt Bijl, ‘maar ze hebben hem ongetwijfeld verteld dat het in zijn huidige functie niet kan, omdat ze dan conflicterende belangen vrezen’.

Zijdeveld bedient zich van nogal wat denksprongen om zijn punt te maken. Hij beweert dat het hoge verloop onder wethouders te wijten is aan hun ‘ontworteling’. En deze ontworteling is op z’n beurt weer de schuld van de dualisering. Vooral voor dat laatste biedt hij geen logische onderbouwing.

Inderdaad, de wetswijziging uit 2002 maakte het mogelijk dat de raad wethouders ‘van buiten’ zoekt. Ze zijn geen lid meer van de raad en hoeven niet eens uit de gemeente zelf te komen. Maar een wijziging van twintig jaar geleden verklaart toch niet waarom de werkdruk juist de laatste tien jaar (te) groot is geworden? Daarnaast, zo’n 15 procent van de wethouders komt van buiten, terwijl bijna alle benoemde bestuurders toenemende werkdruk voelen.

De ontworteling herken ik evenmin. Ook van wethouders van buiten de gemeente zijn er genoeg voorbeelden van mensen die snel in de lokale gemeenschap zijn opgenomen. Ook sportwethouders van buiten vind je langs de lijn, en cultuurwethouders in het theater. Wethouders die nieuw zijn in de gemeente raken snel geworteld. Logisch, het lukt burgemeesters immers ook – en die komen immers bijna altijd van buiten.

Democratische winst

Hoe dan ook leverde de bestuurlijke rolverandering in 2002 niet op dat banden tussen wethouder en raad werden doorgesneden, zoals Zijdeveld beweert. Wél betekende het dat rollen anders moesten worden ingericht. ‘Wethouders waren min of meer een vooruitgeschoven post van de fractie’, beweert Zijdeveld. Hoewel menig­een het andersom ervoer, was deze relatie precies de aanleiding voor de wetswijziging. Het monisme van voor 2002 verzwakte de rol van de volksvertegenwoordiging als geheel, en vooral van degenen die dan toevallig geen wethouder leverden.

De dualisering zorgde juist voor een meer volwassen trias politica waar de wetgevende rol van de raad en de uitvoerende macht van het college werden gescheiden. En dat het debat over waar het naartoe moet met de gemeente niet in de fractiekamer, maar in de openbare raadzaal werd gevoerd.

Inmiddels weet menig wethouder dat maar al te goed. Hoewel er altijd banden zullen blijven, voelt de moderne wethouder zich op z’n minst de vooruitgeschoven post van de hele raad, in plaats van die van één fractie. Democratische winst. Maar wethouders merken ook dat ze dit voor een steeds grotere portefeuille met steeds complexere uitdagingen en steeds minder geld moeten doen. Die redenen geven ze zelf aan voor de werkdruk, in plaats van een bestuurlijke structuurwijziging van meer dan twintig jaar geleden, die overigens noodzakelijk was.

Dit artikel verscheen op 3 februari 2023 eerst in de Volkskrant

Zonder uitzondering zeggen de Amsterdamse raadsleden het te druk te hebben. ‘Het is belachelijk druk,’ vult John Bijl van het Periklesinstituut aan. De zorgen zijn niet alleen in de hoofdstad herkenbaar, vertelt hij.

Volgens de Amsterdamse raadsleden zou het beter zijn wanneer de raadsleden niet meer in deeltijd maar in voltijd hun werk kunnen doen. In het huidige systeem zou een raadslid ook in de grote steden in één dag per week zijn volksvertegenwoordigende werk moeten kunnen doen.

Dat is allang niet meer zo, weet ook Bijl. ‘Gemeenten hebben drie keer zoveel op hun bord gekregen, maar raadsleden kwamen er amper bij.’ Toch is hij niet enthousiast over een voltijdsraadslidmaatschap. Hij vreest een juist grotere kloof tussen politici en hun volksvertegenwoordigers. ‘In Den Haag zie je dat Kamerleden soms wat losgezongen raken van de maatschappij.’

Daarnaast kent hij nu al problemen van bijvoorbeeld voormalig wethouders die na hun termijn maar moeilijk ander werk kunnen vinden. Op een cv is het moeilijk uit te leggen wat een raadslid precies doet. En de competenties van het politieke ambt zijn soms lastig te rijmen met ander werk. ‘Een werkgever zit niet altijd te wachten op iemand met een uitgesproken politiek profiel.’

Bijl stelt voor het aantal raadsleden uit te breiden, en raadsleden aan te moedigen kritischer te zijn op het college. ‘De raad moet zijn rol zien als ceo van de stad. Dat betekent dat je, als je weer zo’n stapel stukken van het college krijgt, als eerste een vraag terug moet stellen: waarom moet ik dit lezen?’

 

Je kan alle mensen enkele malen bedonderen of enkele mensen altijd bedonderen; maar je kunt niet alle mensen altijd blijven bedonderen.

Je komt ze steeds vaker tegen: de waarnemende burgemeesters. Vroeger een kortstondige noodzaak, tegenwoordig kan de waarnemer er al gauw een jaar zitten. De reden? Er zijn te veel vacatures, en te weinig kandidaten.

Schiedam, Barendrecht, Ridderkerk, Voorne aan Zee, Hoeksche Waard, Krimpen aan den IJssel en Krimpenerwaard. Allemaal zoeken ze een nieuwe – kroonberoemde – burgemeester. Zo’n plaats wordt ingevuld door de gemeenteraad zélf die met een sollicitatiecommissie de juiste twee kandidaten zoekt, waarna de gemeenteraad de beste ervan kiest.

Ook merkt hij date ambt is veranderd. ‘Lang was het ambt einddoel in een carrière’, zegt hij. Het tegenwoordige burgemeesterschap vraagt toch iets anders: ervaren bestuurders die tegen een stootje kunnen.

Gemeenten kampen met het kleine aanbod. ‘Vroeger reageerde er al gauw twee keer zoveel mensen,’ zegt John Bijl tegen het AD, dat de aantallen vacatures in Rotterdam telde. Het ambt is zwaarder geworden, merkt Bijl. ‘Taken die vroeger bij Justitie lagen, zoals huisuitzettingen, zijn op het bordje van de burgemeester beland,’ legt hij uit. Daarnaast krijgen burgemeesters nogal eens te maken met bedreigingen. ‘Zestig procent van de burgemeesters wordt bedreigd,’ weet Bijl.

‘Er zijn fors veel taken bijgekomen, bijvoorbeeld in het sociaal domein maar ook de fysieke buitenruimte,’ vertelt Bijl. De afgelopen twintig jaar is het werk van een gemeente zo ongeveer verdrievoudigd, en door herindelingen zijn er alleen maar minder raadsleden.

Al die beleidsuitbreidingen hebben er voor gezorgd dat raadsleden het drukker hebben gekregen. Té druk. Raadslid Micheal Yap herkent de werkdruk. ‘Je merkt ook dat inwoners mondiger zijn geworden en raadsleden weten te vinden.’ Dat is ook goed maar kost dus ook tijd, legt Yap uit.

Ook de samenleving is ingewikkelder geworden, vertelt Bijl. ‘De samenleving is pluriformer en heeft dus meer fracties.’ Daardoor krijgt een raadslid al gauw meerdere dossiers om in de gaten te houden.

Bijl adviseert gemeenteraden beter te plannen. ‘Politiek is sowieso iets van de lange adem dus maak een goeie termijnagenda. Dan kun je wat verder vooruit werken. Dan weet je wat er op je afkomt en kun je een goede opdracht meegeven aan het college.’ 

Daarnaast moeten gemeenteraden investeren in hun ondersteuning. Maar dat is moeilijk. ‘Gemeenten zijn al jaren gekort, raden vinden het moeilijk om dan in zichzelf te investeren. Ze moeten soms letterlijk kiezen tussen wie er een rollator krijgt of hun eigen ondersteuning,’ zegt Bijl.

Yap pleit er voor om duidelijker te maken waar raadsleden aan beginnen. ‘Je moet kandidaten veel beter voorbereiden op wat ze te wachten staat en hoe ze hun werk kunnen doen.’

Net als voor veel andere gemeenten, was de start van het werken met een raadsakkoord voor de gemeenteraad van Velsen een onzeker pad. De keuze te gaan werken met het brede akkoord is welbewust en doordacht gemaakt, toch bleek het een sprong in het duister waarin steeds moest worden geleerd hoe die werkwijze kan worden gebruikt.

‘Het was nog pionieren toen wij er aan begonnen,’ schrijft burgemeester Frank Dales in het voorwoord van de rapportage. ‘Mede omdat wij er op onze eigen manier invulling aan gegeven hebben.’ Het heeft veel ervaringen opgeleverd. Die kennis wenst de gemeenteraad met de rapportage te bundelen.

In het verslagtrekken de onderzoekers van het Periklesinstituut dat het bestaan van het akkoord ervoor zorgde dat raad en college goed naar de invullen van hun rollen moesten kijken. ‘In zekere zin voeg het de bestuur=lijke verhoudingen opnieuw uit te zoeken,’ zegt John Bijl van het Periklesinsituut. ‘De samenwerking in het gemeentebestuur stond daardoor ineens in ieders aandacht.’

Vooral de bereidwilligheid te blijven reflecteren en leren heeft het werken met het akkoord relatief succesvol gemaakt, stelt Bijl in het verslag. Hij beveelt aan vooral de structuur die is ontstaan te behouden. ‘De Velsense raad werkte met een zogeheten regiegroep, een werkgroep van raadsleden die met een wethouder en de griffier steeds naar de manier van werken en verwachtingen keek. Dat heeft enorm geholpen.’ Het Periklesinsituut komt met vijf aanbevelingen voor de komende bestuursperiode. Deze moeten helpen de raad en het college het samenspel in het gemeentebestuur verder te verbeteren.

Het verslag van het werken met een raadsakkoord wordt op 3 maart 2022 door de raad besproken. Op 20 januari werd het concept al in een raadscommissie besproken. De rapportage is hier te lezen.

Het raadswerk is een forse tijdsbesteding. Corrie Janssen besteedt zeker 25 uur per week aan het raadswerk. ‘Het geeft mij uitdaging en voldoening. Meedenken, iets betekenen voor de inwoners. Alleen vergaderen is zeker niet genoeg.’ En de waardering is er niet altijd naar, weet gedeputeerde Eddy van Huijm. ‘Op een of andere manier lijken we de waardering en het respect ervoor een beetje kwijt te raken,’ zegt hij.

John Bijl weet uit ervaring dat het raadswerk zwaar en veeleisend is. ‘Maar je kan op menselijk vlak veel doen en dat maakt het leuk,’ zegt jij tegen de krant. Plezier van je werk is er altijd wel. ‘Zoek het niet per se in grote dingen. Zelf zorgde ik als raadslid bijvoorbeeld dat struiken op 1.20 meter worden gesnoeid in plaats van 1.40. Daarmee voelen bestuurders van scootmobielen zich veiliger. Als je het groots en meeslepend wilt, raak je snel teleurgesteld.’

Hij raad aan het werk niet alleen te doen. Zoek de samenwerking op, ook met politici van een ander gesternte. ‘Politiek is een groepsactiviteit. Je moet onderhandelen met mensen waarmee je het totaal oneens bent. Het gaat om de uitleg. Het is niet welles-nietes. Die afweging moet duidelijk naar buiten worden gebracht. Die maak je met elkaar en niet individueel.’

Met de verkiezing vragen de organisaties aandacht voor het belang van de lokale politiek. ‘Ruim 8.000 raadsleden zetten zich met hart en ziel in voor hun gemeente. Ze werken aan belangrijke dossiers zoals jeugdzorg en openbare orde en veiligheid, die veel impact hebben op het dagelijkse leven. Met de verkiezing proberen we de schijnwerpers op het raadswerk te zetten’, aldus Alex Klusman van BKB.

‘In de afgelopen jaren hebben gemeenten meer verantwoordelijkheden gekregen. Tegelijkertijd doen raadsleden het werk naast hun reguliere baan. De werkdruk is hoog. Des te meer reden om raadsleden in het zonnetje te zetten’, aldus John Bijl van het Periklesinstituut.

Na de nominatiefase buigt een jury bestaande uit afgevaardigden van de organiserende partijen zich over de top 50 die de meeste stemmen hebben binnengehaald. Op basis van criteria zoals effectiviteit, communicatieve vaardigheden en integriteit kiest de jury een top 12. De teller wordt op nul gezet en kiezers mogen opnieuw stemmen. Op vrijdag 11 maart wordt de top 4 in de uitzending van De Nieuws BV bekendgemaakt. De winnaar van de verkiezing wordt op maandag 14 maart in talkshow M gekroond. In de vorige editie werden meer dan 80.000 stemmen uitgebracht.

De eerste editie van de verkiezing werd gewonnen door Ron Meyer, SP-raadslid in Heerlen. Johnas van Lammeren, raadslid voor de Partij voor de Dieren in Amsterdam, werd zijn opvolger in de tweede editie van de verkiezing in 2018. Kiezers kunnen raadsleden nomineren en op hen stemmen tot dinsdag 1 maart om 10:00 uur ‘s ochtends.

Nomineer nu je favoriete raadslid of stem op www.besteraadslid.nl.

‘De kaasschaaf is nu wel stuk hoor,’ zegt John Bijl van het Periklesinstituut. Volgens hem hebben decentralisaties en bezuinigingen het voor de gemeenten bijzonder moeilijk gemaakt. ‘Een paar jaar geleden noemde koning Willem Alexander de gemeente nog de eerste overheid. Belachelijk als die niet goed wordt gefinancierd. Gevestigde partijen kunnen daardoor weinig beloven.’

‘De regering vult met incidenteel geld de grootste gaten, maar daarmee is de situatie structureel niet op orde,’ zegt ook gedeputeerde Eddy van Hijum. Burgemeester Sander de Rouwe van Kampen noemt de gebrekkige financiering van gemeenten een ‘stille ramp’.

Terwijl de verkiezingen volgens Bijl van historische betekins kunne worden. ‘We gaan meer merken van ontzuiling, nieuwe partijen, mondige burgers en polarisatie,’ aldus Bijl. Hij is er bang voor dat vooral populistische partijen allemaal dingen beloven wat niet uitvoerbaar is. Bijvoorbeeld omdat de gemeente er niet over gaat. ‘Neem het puntenplan van Forum. Dat zijn vooral onderwerpen waar een gemeente niet over gaat. Dat zagen we eerder bij de Statenverkiezingen ook al. Toen werden dingen over kerncentrales beloofd, terwijl het echt niet zo is dat als de gemeenteraad van Zwartewaterland een thoriumcentrale wil, die er ook kan komen. Daar gaan ze niet over.’