‘Je snakt naar het moment dat de politiek in Den Haag weer saai wordt,’ zegt bestuursdeskundige John Bijl. Maar die tijd lijkt ver weg. De Haagse coalitie balanceert opnieuw op de rand van een breuk. Het stadsbestuur, dat al maanden wankelt door interne spanningen, ziet nu een cruciale afspraak uit het coalitieakkoord onder druk staan: de zero-emissiezone voor Scheveningen.
De plannen van wethouder Robert Barker (Partij voor de Dieren) om vervuilende voertuigen te weren vanaf 2026, zorgen voor controverse. Het CDA, ondanks haar eerdere steun, dreigt nu tegen te stemmen. Ondernemers uit Scheveningen, waaronder prominente stemmen zoals Allie Simonis, hebben hun verzet uitgesproken, en hun druk lijkt effect te hebben. Deze draai maakt de breuklijnen binnen de coalitie zichtbaar.
Het is niet de eerste crisis. Eerder botsten Denk en GroenLinks over het autoluw maken van het Hobbemaplein, een plan dat uiteindelijk werd ingetrokken. De coalitie, al verzwakt door het verlies van twee raadsleden aan Hart voor Den Haag, hangt nu volledig af van eenheid binnen de partijen en de steun van de oppositie.
John Bijl relativeert de heiligheid van coalitieafspraken: ‘Een coalitieakkoord is een stapel compromissen, geen bindend contract.’ Toch benadrukt hij dat het CDA’s draai politieke gevolgen kan hebben, zoals andere partijen die concessies eisen. De kern van de problematiek? Een minderheidscoalitie zonder stevige basis.
Donderdag wordt gestemd over de zero-emissiezone. Ongeacht de uitkomst, blijft de vraag hoe Den Haag kan ontsnappen aan een bestuursstijl die gekenmerkt wordt door crises. Kan het bestuur ooit weer ‘saai’ worden, zoals Bijl hoopt? Of is het huidige gekrakeel de nieuwe norm?