Sinds de laatste raadsverkiezingen heeft Leefbaar Zeewolde een ongekende meerderheid. Met maar liefst 10 van 19 zetels heeft de fractie zelfs een absolute meerderheid in de raad. ‘Met grote macht komt ook een grote verantwoordelijkheid.’
Dit weekeinde blikte Omroep Flevoland met enkele fractievoorzitters van de Zeewolder gemeenteraad terug op één jaar besturen. Tevreden kijken ze niet terug. Het lijkt erop dat er maar weinig naar ze wordt geluisterd, stellen de raadsleden. Slechts één fractievoorzitter wenste Noet mee te werken aan de terugblik: die van Leefbaar Zeewolde.
‘Dat is teleurstellend,’ zegt John Bijl tegen Omroep Flevoland. ‘Bij een parlementaire democratie hoort verantwoording.’ Daarnaast merkt Bijl op dat door de afwezigheid van Leefbaar Zeewolde ook een onevenwichtig beeld ontstaat. ‘Dat is ook niet goed voor Leefbaar zelf.
Om de kritiek net gehoord te worden, maakt Bijl zich zorgen. ‘Er zouden blokken kunnen vormen.’ Bij deze blokken geldt vaak dat de macht van het getal sterker is dan de macht van de argumenten. ‘Je ziet de reflex om vier jaar lang je armen over elkaar te houden, vingers in je oren te stoppen en denken “het komt wel goed, zijn toch de grootste”.’ Dat is geen goede democratie, vindt Bijl. ‘Met tegenargumenten wordt ook duidelijk welke afweging er is gemaakt en die is voor inwoners ook belangrijk.’
Bijl hoopt dat het verandert. ‘Dat luisteren zal van Leefbaar zelf moeten komen,’ zegt Bijl.
De BoerBurgerBeweging heeft in Groningen te maken met groeistuipen. Kort na zijn aantreden stapte een Statenlid op wegens scheldpartijen op Twitter. En ook de beoogd gedeputeerde Henk Emmens moest zich excuseren voor omstreden likes op sociale media, variërend van complottheorieën tot oproepen voor een ‘nieuw Neurenberg-tribunaal’. De Statenleden die hem straks moeten benoemen twijfelen erdoor aan zijn geschiktheid.
Voor Caroline van der Plas is dit een ongemakkelijke wending. Zij benadrukte eerder dat de partij vroeg was begonnen met kandidaatselectie om LPF-achtige toestanden te vermijden. Komt BBB nu in hetzelfde vaarwater terecht? Volgens John Bijl, directeur van het Periklesinstituut, is dat geen verrassing: ‘Bij partijen die plotseling hard groeien, wordt er in korte tijd uit een beperkt aantal leden gevist. Dan zit er soms een niet zo fris appeltje in de kakelverse mand.’
De kwestie draait niet om een tweet, maar om tientallen ‘likes’ van berichten vol wantrouwen en verdachtmakingen. Emmens bood excuses aan en gaf aan mensen ‘onbewust te hebben gekwetst’. Maar of dat voldoende is? ‘Excuses zijn geen eenzijdige handeling’, aldus Bijl. ‘Als ik iemand een klap geef en zeg “sorry, nu is het klaar”, dan werkt dat ook niet zo. Het is aan Provinciale Staten om te beoordelen of hij nog geloofwaardig kan functioneren.’
Had de toch nog jonge politieke partij BBB beter op moeten letten? John Bijl vraagt zich af of dat wel kan. ‘Politieke verenigingen die in een klap groeien moeten kiezen uit een toch karig ledenbestand,’ zegt hij. Minder dan twee procent van de Nederlandse kiesgerechtigden is slechts actief voor een politieke partij. ‘Vaak moeten dingen ook nog met spanning en met snelheid gebeuren,’ weet Bijl.
Dan kan er weleens iets fout gaan, denkt Bijl. Helemaal te voorkomen is het niet. ‘Je kunt natuurlijk iemands doopceel lichten, maar dat kost tijd en geld. En dat zijn precies twee zaken waar politieke partijen altijd te kort aan hebben.’
De zaak raakt ook aan een breder probleem: hoe ga je als partij om met kandidaten in tijden waarin alles online is terug te vinden? ‘Je kunt een profiel screenen, maar dat kost geld en tijd – en daar hebben politieke verenigingen juist een tekort aan’, stelt Bijl. Tegelijkertijd waarschuwt hij voor profilering die uitsluitend veilig is. ‘Als je je hele profiel opschoont, ben je niet transparant maar verdacht. En misschien moeten we vooral stoppen met mensen online voor rotte vis uit te maken. Democratie is geen scheldpartij.’
De casus Groningen laat zien dat politiek meer vraagt dan een mening en een Twitteraccount. ‘In een democratie hoort het debat de plaats te zijn waar je verschil van inzicht uitvecht met argumenten. Niet met verdachtmakingen, niet met vijanddenken.’
De Eerste Kamer wordt vaak gezien als een soort politieke nabrander, maar dat is volgens John Bijl een hardnekkig misverstand. In de podcast Haagse Invloeden (14 juni 2023) legt hij uit waarom de Eerste Kamer juist een wezenlijke rol speelt in de democratische rechtsstaat. ‘De Eerste Kamer is bedoeld als het vierogenprincipe van onze wetgeving,’ zegt Bijl. ‘Zoals bij een bank iemand meekijkt bij een grote overboeking, zo kijkt de Eerste Kamer nog eens goed naar wetgeving die al door de Tweede Kamer is aangenomen.’
Volgens Bijl kijkt de Eerste Kamer nadrukkelijk naar de uitvoerbaarheid van wetten, de inbedding in het bestaande rechtsstelsel en de bescherming van grondrechten. ‘Internationale verdragen en grondwettelijke principes krijgen daar meer aandacht dan in de Tweede Kamer.’
Dat de senaat in de loop der jaren politiek is geworden, ontkent Bijl niet. ‘Je ziet dat de Tweede Kamer vaker geen meerderheid meer heeft in de Eerste Kamer. En als de debatten in de Tweede Kamer steeds oppervlakkiger worden, dan doet de Eerste Kamer soms gewoon het werk over.’
Hij rekent af met het idee dat partijen in de senaat de dienst uitmaken. ‘Er zijn geen partijen in de Eerste Kamer, net zomin als in gemeenteraden of de Tweede Kamer. Er zijn alleen volksvertegenwoordigers die samenwerken in fracties, maar ieder lid blijft zelfstandig. Dat is geen zwakte, maar een groot goed: alleen de gekozenen bepalen hoe ze stemmen – niet een partijbestuur.’
Ook recente politieke manoeuvres, zoals strategisch stemmen tijdens de senaatsverkiezingen om een coalitiemeerderheid te behouden, noemt hij ‘een machtsspelletje’. ‘Democratie werkt minder goed als de macht van het getal belangrijker wordt dan de kracht van het argument.’
Tot slot wijst Bijl op het belang van de institutionele rol van de senaat. ‘Het feit dat BBB zo’n grote vertegenwoordiging kreeg, is geen probleem. Het is het bewijs dat onze democratie werkt. Dat er iets te kiezen valt, en dat een andere afweging mogelijk is.’
Bijl benadrukt dat de Eerste Kamer, ondanks haar politieke karakter, een belangrijke reflectieve rol speelt. ‘De senaat stelt vragen die in de Tweede Kamer vaak ondergesneeuwd raken: past deze wet binnen de Grondwet, internationale verdragen en bestaande wetgeving? Is het uitvoerbaar? Wat betekent het voor andere overheden? Dat zijn geen vrijblijvende vragen – het zijn randvoorwaarden voor goed bestuur.’
Initiatieven zoals een burgerberaad kunnen waardevol zijn voor beleidsvorming, erkent Bijl. Maar hij waarschuwt voor het schrappen van de juridische toetsing: ‘Die vervang je niet zomaar door een gelote groep burgers. Grondrechten botsen soms, en de afweging daartussen is uiteindelijk politiek. Juist daarom hoort die thuis in een gekozen orgaan.’
Dat Tweede Kamerleden regelmatig pleiten voor het afschaffen van de Eerste Kamer, vindt Bijl ironisch: ‘Als de wetgever klaagt dat er iemand op de rem staat, weet je dat de rem blijkbaar nodig is.’
In het Zuid-Spaanse Chercos stelt de 97-jarige burgemeester José Antonio Torres zich opnieuw verkiesbaar. Zonder salaris, zonder belasting te heffen, en met meer levenservaring dan zijn twintigjarige tegenkandidaat oud is. In Nederland is zoiets ondenkbaar. Hier geldt een vaste pensioenleeftijd: op je zeventigste moet je als burgemeester vertrekken – ook als je nog fit bent en graag door zou willen.
Volgens John Bijl, directeur van het Periklesinstituut, is de vergelijking tussen een Spaanse dorpsburgemeester en een Nederlandse collega niet zomaar te maken: ‘Nederlandse burgemeesters hebben een apolitieke rol en kun je vanwege de zwaarte van hun werk eerder vergelijken met topmanagers.’ De 24-uurs verantwoordelijkheid voor orde en veiligheid laat zich niet eenvoudig combineren met een respectabele ouderdom. ‘Je kunt er rekening mee houden dat bijvoorbeeld de burgemeester van Haarlemmermeer iedere nacht wel een keer wordt wakker gebeld.’
‘Leeftijd is maar een getal’, zegt Tjeerd van der Zwan, burgemeester van Heerenveen, die binnenkort met pensioen móét. Hij pleit voor meer maatwerk: ‘Laat de gemeenteraad bepalen of iemand nog door kan.’ Volgens John Bijl, directeur van het Periklesinstituut, is zo’n vergelijking niet één op één te maken: ‘In Spanje is het vaak een erebaan. Hier is het een zware, apolitieke topfunctie – met verantwoordelijkheid voor orde en veiligheid, dag en nacht.’
Toch toont het verhaal van Torres uit Chercos iets aanstekelijks. Een burgemeester die zich op zijn 97ste nog inzet voor zijn dorp, zonder iets terug te vragen. In Nederland zouden we er wellicht niet voor kiezen – maar sympathiek is het wel.
Volgens bestuurskundige John Bijl, directeur van het Periklesinstituut, is dat niet zo vanzelfsprekend. ‘De Mos en zijn collega’s zitten al in het stadsbestuur: de gemeenteraad is het hoogste bestuursorgaan,’ stelt hij in Dit is de Dag op NPO Radio 1.
Bijl wijst erop dat het openbreken van een coalitieakkoord geen automatische stap is na een vrijspraak. ‘Politieke verhoudingen en vertrouwen spelen een cruciale rol. Dat komt niet alleen met een juridische uitspraak terug.’ Hij benadrukt dat politieke verhoudingen en vertrouwen cruciaal zijn en dat een vrijspraak niet automatisch leidt tot coalitiewijzigingen. ‘Wat weegt zwaarder voor de raad: eerherstel voor De Mos of een stabiel gemeentebestuur?’ zegt Bijl tegen het AD.
Volgens Bijl zijn er wel opties om Hart voor Den Haag in het bestuur te betrekken. ‘Je kan een wethouder wisselen of een extra wethouder toevoegen, want Den Haag mag er negen hebben.’ Maar of partijen bereid zijn tot zo’n stap, blijft de vraag. Op 11 mei komt de gemeenteraad bijeen om de situatie te bespreken.
Ook binnen de coalitie bestaan er twijfels. Sommige partijen vrezen dat de stabiliteit van het bestuur in gevaar komt bij een eventuele toetreding van Hart voor Den Haag. De discussie laat zien dat juridische uitkomsten niet altijd automatisch politieke gevolgen hebben. De vraag blijft of de huidige coalitie bereid is ruimte te maken, of dat de Mos zich zal moeten neerleggen bij de politieke realiteit.
Richard de Mos wil het coalitie-akkoord openbreken na vrijspraak (NPO Radio 1, 21 april 2023)
College opengooien na vrijspraak De Mos ‘is niet eerlijk’ (Omroep West, 24 april 2023)
De Oirschotse ambtenaar Ed Winters ziet af van zijn raadszetel. De VVD’er zou deze maand worden geïnstalleerd, maar zijn werkgever de gemeente Oirschot concludeerde dat zijn hoofdfunctie daarmee ‘onverenigbaar’ is.
Dergelijke samenloop is onoverkomelijk, zegt ook John Bijl tegen Binnenlands Bestuur. ‘Dubbele petten en belangen zijn inherent aan het raads- en Statenlidmaatschap,’ legt hij uit. Raads- en Statenleden zijn immers parttime volksvertegenwoordiger en hebben vaak een andere functie naast het raads of Statenwerk. Ook privé kunnen er conflicterende belangen zijn, bijvoorbeeld omdat je actief bent in het verenigingsleven. Juist daarom is het verstandig om zelf ook een goed beeld te hebben van je professionele én particuliere belangen, zegt Bijl.
De gemeente Oirschot kan Winters niet verbieden om raadslid te worden, zegt Bijl, ‘maar ze hebben hem ongetwijfeld verteld dat het in zijn huidige functie niet kan, omdat ze dan conflicterende belangen vrezen’.
De gemeente Den Haag liet in 2022 twee wijkgerichte burgerberaden plaatsvinden, in het Statenkwartier en in Laakkwartier/Spoorwijk. Via een gewogen loting kregen 8.596 mensen een uitnodiging om mee te denken over klimaatmaatregelen. In totaal deden 135 mensen mee. Ondanks uitnodigingen in meerdere talen en een op papier representatieve selectie, kwamen vooral hogeropgeleide, al betrokken bewoners opdagen. In Laak bijvoorbeeld is 21 procent van de bewoners hoogopgeleid, maar in het burgerberaad was dat 93 procent.
Volgens onderzoek van de Haagse Hogeschool is dat geen toeval. In wijken met veel laaggeletterden sluit een intensieve gespreksvorm over abstracte onderwerpen nauwelijks aan. Ook bewoners die sceptisch zijn over klimaatverandering of minder vertrouwen hebben in de overheid, blijven vaker weg. De opzet bereikt daardoor zelden de hele wijk.
‘Je moet ook accepteren dat er mensen zijn die liever iets anders doen en het aan anderen overlaten’, zegt Bijl. ‘Het is wat het is.’
De burgerberaden schreven elk een reeks aanbevelingen die volgende week worden besproken in de raad. De gemeente spreekt van een leerervaring en kijkt naar herhaling in andere wijken. Een woordvoerder: ‘Een eventuele volgende keer kunnen we misschien ook kijken naar opleiding en migratieachtergrond.’
Volgens John Bijl, adviseur en coach van burgemeesters, zou een non-binaire burgemeester ‘veel kunnen doen voor de acceptatie van non-binaire personen’. Tegelijkertijd wijst hij op de complexiteit van de rol: ‘Ik voel mij niet deskundig genoeg om mij volledig te mengen in het debat versus gender en geslacht.’ In gemeenten waar traditionele denkwijzen domineren, zou het volgens hem ‘moeilijk’ kunnen zijn om in zo’n sleutelpositie stand te houden in een gepolariseerde discussie.
LHBT+HW-oprichter Ander Mari Opmeer, die zich zelf als non-binair identificeert, waardeert de ruimte die met deze uitspraken wordt geboden. ‘De persoon die dit zegt, heeft duidelijk oog voor de mogelijkheden. Waarvoor dank.’ Tegelijkertijd waarschuwt hen dat de selectie van een burgemeester altijd op kwaliteit moet blijven berusten: ‘Je zegt ook niet: we zoeken een nieuwe burgemeester, maar diegene moet dan wel van kleur zijn.’
Pahladsingh bevestigde daags na de presentatie dat ‘kwaliteit boven gender’ blijft staan. De Hoeksche Waard zou zich niet bezighouden met identiteitspolitiek, aldus een gemeentewoordvoerder. ‘We zoeken gewoon de beste persoon voor de baan. Punt. Uit.’
Toch is het opvallend dat deze expliciete ruimte voor een non-binair persoon in een officiële setting wordt benoemd. Wat in andere gemeenten wellicht onbesproken blijft, wordt hier zonder aarzeling uitgesproken. Of het ook leidt tot een daadwerkelijk precedent – dat zal afhangen van de sollicitanten én van het vermogen van de raad om verder te kijken dan de vertrouwde hokjes. Want, zoals John Bijl terecht opmerkt: ‘Waarom ook niet?’
Raadslid Narsingh Balwantsingh (PvdA) vertelt dat hij zijn baan heeft opgezegd om zich volledig op het raadswerk te kunnen richten, maar dat dit financieel nauwelijks haalbaar is. Hij pleit voor een structurele oplossing om de werkdruk te verlagen en de functie aantrekkelijker te maken voor mensen met diverse achtergronden.
Ook fractievoorzitter Ellen Verkoelen (50PLUS) ervaart de combinatie van raadswerk en haar eigen bedrijf als zwaar. Ze benadrukt dat de huidige vergoeding niet in verhouding staat tot de geleverde inspanning en dat dit ten koste gaat van de diversiteit binnen de raad.
De Vereniging van Griffiers en de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden erkennen het probleem en pleiten voor een herziening van het vergoedingssysteem. Ze stellen voor om de vergoeding te verhogen of het raadswerk anders in te richten, zodat het beter te combineren is met andere werkzaamheden.
Het Periklesinstituut ondersteunt deze oproep en benadrukt het belang van een diverse en representatieve gemeenteraad. Directeur John Bijl stelt: “Het is essentieel dat het raadswerk toegankelijk is voor iedereen, ongeacht achtergrond of financiële situatie. Een herziening van het vergoedingssysteem kan daarbij helpen.”
De discussie over de werkdruk en vergoeding van raadsleden is niet nieuw, maar krijgt door de huidige signalen uit Rotterdam opnieuw aandacht. Het is aan de landelijke politiek om hierop te reageren en eventuele maatregelen te treffen.