De prijs van alles

‘It is oan de rie,’ zegt boargemaster Jeroen Gebben. De gemeenteraad van Tytsjerksteradiel bespreekt vanavond – tweetalig, uiteraard – de uitgangspunten voor het nieuwe rioleringsplan. Opiniërend, wel te verstaan. Dat houdt in dat de raad nu geen besluiten neemt, maar het college iets mee moet geven. Iets wat de raad belangrijk vindt en terug wil zien in de uiteindelijke beleidsvoordracht.

‘We kennen meer wateroverlast door grote buien,’ begint Jantsje van der Veen (ChristenUnie). ‘En een nieuwe ontwikkeling is dat we ook grote periodes van droogte kennen,’ zegt ze. Ze mist het in de nota. Daarnaast wil Van der Veen extra aandacht voor wateroverlast in winkelgebieden. Dan komt het neer op het voorgestelde scenario B, zegt ze. ‘Droeg, skjin en sûn,’ herhaalt ze uit de nota, ‘mar dan wol met in plus op kommunikaasje.’

‘Dank voor de grasmaaier,’ grapt Peter van de Hoef (PvdA). Hij maakt zich ook zorgen over de grote afwisseling van buien en droogte. ‘Ik mis de balans tussen de effecten van de klimaatverandering.’ Van de Hoef’s voorkeur gaat daarom uit naar scenario C. ‘Je zou kunnen denken aan een buffervat om de droogte op te vangen,’ valt Berber van Zandbergen (GroenLinks) hem bij. Ook wat haar betreft mag het beleid wel plussen. ‘We zien het als een investering,’ zegt ze. ‘Overlast kost ook geld.’

Maar van Jan Willem Sietsma hoeft dat plussen niet zo. ‘Droeg, skjin en sûn is genôch,’ vindt hij. ‘We hebben het over een ton verschil per scenario,’ legt hij uit. Hij stelt voor om te beginnen bij scenario B en pas ‘op te schalen’ naar C als het nodig blijkt. Onzin, vindt Freddy de Haan (FNP). ‘Gewoon B en dat kost het — en dan niet daarna even lekker plussen,’ zegt hij.

’Het is net als met een verzekering,’ legt Sjaak Hoekstra (VVD) uit. ‘Kies je de duurste dan heb je de meeste dekking.’ En wat Hoekstra betreft hoeft de duurste optie niet. ‘Kiezen we voor de duurste is het nog een drama,’ denkt hij. ‘Bij zulk extreem weer loopt de boel toch wel onder.’ Scenario A is voor hem genoeg, maar wél met extra aandacht voor de kernen Tytsjerk en Bergum. ‘En de burger heeft zelf ook een verantwoordelijkheid met het inrichten van groen waardoor het water weg kan lopen,’ vindt Hoekstra. ‘Dat is nog maar de vraag,’ interrumpeert Sietsma nog, zonder zelf een antwoord te geven.

‘We zouden hier een integrale business case van moeten maken,’ denkt Erwin Duursma (D66) als laatste. Zo kan je zien wat je bespaart op onderhoudskosten en opruimkosten. ‘Neem dat mee in de berekening.’

Dat klinkt als een oplossing om de nog verregaande dan wel vermeende meningsverschillen over de prioriteit bij kernen of winkelgebieden, eigen verantwoordelijkheid van de burger, enig defaitisme over de gevolgen van klimaatverandering, preventie bij droogte en, ja, dan uiteindelijk ook de kosten. Wellicht. Want doordat het reglement van orde het niet toelaat een debat in tweede termijn te voeren, ontberen de raadsleden de mogelijkheid om op elkaars punten te reageren.

Voor wethouder Tytsy Willemsma is dat geen probleem. ‘Tankewol foar de dúdlike lijn dy der in sat,’ zegt ze. ‘U zat nadrukkelijk op de financiën,’ vindt de wethouder. ‘We gaan scenario B en C uitwerken,’ zegt ze, al vraag ik me écht af of je deze ronde zo mag samenvatten.

We zullen zien. Pas op haar werkkamer kan de wethouder deze ronde aan woordvoeringen samenkneden tot één mening van de raad. Met niet alleen een risico voor cherry picking, zodat ze er alleen uithaalt wat ze zélf belangrijk vindt — al is het maar onderbewust. Maar ook zonder de afweging die juist de volksvertegenwoordiging in een interactiever debat zelf had moeten maken.

Deze column verscheen op 25 november 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘Het college heeft opgeschreven geen zienswijze in te dienen,’ zegt Piet van de Vorst (Roerstreek Lokaal!). Lichtelijk geïrriteerd. Hij is niet de enige. Alle gemeenteraadsleden van Roerdalen ergeren zich aan de toon waar mee het college het rekenkamerrapport weg lijkt te zetten. Het ergste van alles is, dat het nog niet eens bedoeld is ook.

De rekenkamer van Roerdalen onderzocht de WMO van de gemeente. Het rapport, De basis van de Wmo-piramide in beeld, Roerdalen, heeft flink wat aanbevelingen. Zoals het hoort – en zoals de verordening van Roerdalen ook voorschrijft – heeft als eerste het college schriftelijk op het rapport kunnen reageren. Een nogal procedurele reactie, om het zo maar te zeggen. ‘Het college heeft besloten geen zienswijze in te dienen’ staat er koudjes.

Dat vindt Loes Vestjens (Roerstreek Lokaal!) onvoldoende. ‘Er staat een behoorlijk aantal aanbevelingen richting het college en wij vragen dan ook vanuit hun perspectief om een reactie,’ zegt ze.

‘Het zou mijns inziens onzuiver zijn als het college zich daarin mengt,’ interrumpeert burgemeester Monique de Boer-Beerta ineens. Curieus genoeg terwijl ze de rol van raadsvoorzitter blijft behouden. ‘Ik heb het college gevraagd zich vooral niet met het resultaat te bemoeien,’ zegt ze, hoewel dat precíes is wat Vestjens het college verwijt.

‘Wat de zaak complex maakt is dat er nu geen wethouder is die verantwoordelijk is voor de aanbevelingen,’ vindt Gerrion van Elmpt (Democraten Roerdalen). En weer grijpt burgemeester De Boer-Beerta naar de microfoon. ‘Op het moment dat uw raad deze aanbevelingen overneemt, impliceert dat dat u het college opdracht geeft de aanbevelingen uit te voeren,’ zegt ze. Een formeel juiste uitleg, maar je kan het Van Elmpt toch ook weer niet kwalijk nemen het eerst anders te begrijpen. De reactie van het college op het rekenkamerrapport getuigde nou niet echt van eigenaarschap.

‘Mag ik mijn betoog verder voeren?’ vraagt een wat verbaasde Van Elmpt. ‘Wij verzoeken hierbij het college de aanbevelingen aan het ambtelijke apparaat uit te dragen,’ leest ze van haar spreektekst, ‘en voor zover mogelijk toe te zien op de uitvoering er van.’ De vermanende knipoog naar de burgemeester erbij moet ook deze zijn opgevallen. Ook Herman Nijskens (VVD) vindt de reactie van het college erg koel. ‘Ik zou graag van het college willen horen hoe ze tot deze reactie zijn gekomen,’ zegt hij kortaf.

‘We herkennen ons in het rapport en daarom heeft het college geen inhoudelijke zienswijze,’ legt wethouder Eugenie Cuijpers uit. ‘Met de aanbevelingen zijn we reeds actief bezig,’ leest ze voor. ‘Ik had nog gevraagd hóe de eerste recatie tot stand was gekomen,’ herhaalt Nijskens. ‘Volgens mij heeft de wethouder dat gezegd,’ vindt burgemeester De Boer stellig. ‘We hebben het rapport goed onderzocht en bekeken en we onderschrijven de aanbevelingen,’ vult wethouder Cuijpers monotoon aan. ‘Geen zienswijze betekent dat de aanbevelingen worden overgenomen’ voegt burgemeester De Boer-Beerta bemoedigend toe.

Nijskens zucht. ‘De vraag is hóe komen jullie bij deze reactie, maar u gaat gewoon verder met uw verhaal’ valt  Marjo Thevissen (Ons Roerdalen) hem bij. ‘Volgens mij wordt het college gevraagd om een een zienswijze…,’ murmelt burgemeester De Boer. Dat de raad naar iets anders vraagt dan naar de procedure is nog niet bij ‘r gaan dagen.

‘Ik kijk even naar de griffier!’ probeert de burgemeester. ‘Het college wordt gevraagd om een reactie op het rapport,’ legt de griffier uit, waarmee hij het woord zienswijze vermijdt.

Noch de burgmeester, noch het college lijken die hint te begrijpen. ‘Geen zienswijze indienen is niet hetzelfde als aanbevelingen overnemen,’ zegt Vestjens nog, Maar verder dan de schouders ophalen komt het college in de tweede termijn niet. Blijkbaar hoeft deze raad voor bestuurlijke empathie niet op dit college te rekenen.

Deze column verscheen op 18 november 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘De term vragenkwartiér moet u ook vanavond met een korrel zout nemen,’ zegt burgemeester Michiel Pijl. De raadsleden van Drechterland hebben vanavond de mogelijkheid om met politieke vragen het college mondeling een fikkie aan de schenen te leggen. ‘We hebben namelijk dertien vragen van de raad ontvangen,’ vervolgt de burgemeester.

‘Werkgevers tonen weinig bereidheid om arbeidsgehandicapten aan te nemen,’ leest Robbert Oud (VVD) voor uit een krantenbericht. ‘Hoe zijn de ervaringen van ons werkbedrijf?’ Geen appèl. Geen geuite zorgen. Blijkbaar alleen nieuwsgierigheid.

‘Onze ervaringen komen niet overeen met de berichtgeving,’ leest wethouder Dirk te Grotenhuis voor. Zo te zien had hij de vragen van Oud al eerder voorgelegd gekregen en is het ambtelijk al netjes uitgezocht.

‘Ik ben benieuwd hoe het is met de Hemschool,’ vraagt Guus Bosch (CDA) vervolgens. Ook David van Gelderen (Progressief Drechterland) wil weten hoe het gaat met deze sloop. ‘Pas als de vleermuizen niet meer broeden, mag de oude school gesloopt worden,’ antwoordt wethouder Yvonne Roos. ‘Daar is een vleermuizenprotocol voor nodig,’ legt Roos uit.

‘Hoe is het met de ontwikkelingen in het gebied bij het oude gemeentehuis?’ is Bosch’ tweede vraag, waarna wethouder Roos het proces schetst. ‘Bewoners zijn op de eerste inspraakavond met geeltjes aan de slag geweest.’

Gezien de voorbereide antwoorden, had wethouder Roos kennelijk ook deze vraag eerst schriftelijk ontvangen. Sterker, je kunt ook de vraag stellen of het college een toelichting van dergelijke grote projecten niet in een raadsinformatiebrief had moeten plaatsen. Dát had nou een leuke vraag geweest voor dit vragenkwartier. Of in het presidium. Of bij de auditcommissie.

‘Komen stolpboerderijen ook vaker in aanmerking voor splitsing,’ wil Maartje Trots (Senioren Partij) weten. Ze had in de krant gelezen dat Opmeer dat doet. Dat kan al, maar op de vervolgvraag van Trots – of de boerderijen ook in meer dan twee woningen kunnen worden gesplitst – moet wethouder Roos toch echt later terug komen.

En dat blijkt óók oké. Blijkbaar was Trots’ vraag toch niet zo urgent. Trouwens, als ze deze technische vraag eerst ambtelijk had gesteld, had ze van haar wens al een motie kunnen maken — en had het meervoudig splitsen nu al geregeld kunnen zijn.

‘Herkent u de klachten van het programma Kassa,’ vraagt Idso Brouwer (Gemeentebelangen). De regio kent weinig klachten, zegt wethouder Te Grotenhuis. ‘Klopt het dat de veiligheidsregio ambulances op straat parkeert,’ wil Ronald de Vos (ook Gemeentebelangen) weten. Het antwoord is ‘ja’ en dat kan ook. ‘Wat is de stand van zaken met de motie over digitale bereikbaarheid,’ vraagt Erik Gerrits (Progressief Drechterland). Dat beleid komt in het voorjaar,’ vertelt Roos. Een halfjaar te laat, maar Gerrits lijkt er geen politieke consequenties uit te trekken.

Even lijkt het spannend te worden als Aad Molenaar (CDA) wil weten wat er met de oorspronkelijke klinkers uit 1671 op de Dr. Wytemaweg is gebeurd. Wethouder Jeroen Broeders antwoordt dat deze nu in eigendom zijn van de aannemer die de weg onlangs heeft aangepast. Waar ze nu zijn, weet de wethouder ook niet. Molenaar benadrukt de historische waarde van de 350-jaar oude zevenduimers, maar de echte politiéke vraag, of bij de werkzaamheden wel het door de gemeenteraad zélf vast gestelde archeologisch protocol is gevolgd, komt niet bij hem op.

Na ruim driekwartier is de vragenhonger van de raad hopelijk voor even gestild. De mijne overigens niet. Ik heb er nog één vraag bij. Aan de raad. Wat gaan jullie nou precies met deze antwoorden doen? Of beter: hoe gaan jullie deze informatie gebruiken om nu écht je controlerende rol als hoogste orgaan invulling te geven? Want alleen daarvoor is dit vragenrecht bedoeld. En dan hoeft het ook geen uur te duren.

Deze column verscheen op 4 november 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘We zitten als Nederland in een impasse,’ vindt Pollie Kaal (Nieuw Links). Vanavond probeert ze haar collega’s van de gemeenteraad van Maasgouw ervan te overtuigen dat juist háár gemeente het land kan redden.

Middels een motie vreemd aan de orde van de dag wil Kaal de stikstofproblematiek op de raadsagenda toevoegen. Met haar voorstel wil ze het maximumsnelheid op de snelweg bij het Limburgse dorp verlaagd hebben. ‘Er moet iets gebeuren.’ Ook het rapport van de commissie Remkes adviseerde een verlaging van de maximumsnelheid, zegt ze. ‘Veel projecten liggen stil. Ook in onze gemeente.’

Nu gaat een gemeente niet over de snelheid op rijkswegen. ‘We roepen het college op om dit verzoek daarom over te brengen bij het Rijk,’ zegt ze. ‘We geven daarmee het signaal af het kabinetsbeleid te steunen,’ meent Kaal.

‘De stikstofproblematiek gooit ons hele land in de war,’ vindt ook Erwin Dehing (CDA). Toch lijkt hij de motie niet te gaan steunen. ‘Iedereen pakt het al op: de minister, de VNG, IPO,’ weet Dehing. ‘De motie is…,’ Dehing weifelt. ‘…mosterd na de maaltijd niet de goeie uitdrukking.’ Waarmee hij het toch maar even heeft gezegd. Hij adviseert Kaal maar eens kennis te nemen van de maatregelen van het Remkes-rapport, hoewel Kaal daar zelf al aan refereerde. ‘Er zijn zoveel maatregelen op korte termijn. Laat men daar in den lande maar eens gedegen mee aan de slag gaan.’ Hij vindt de motie – daar komt-ie – ‘sympathiek’.

Ook Gerrit Vervoort (Lokaal Belang) vindt de stikstofemissie een probleem. Toch steunt ook hij Kaal’s oproep niet. ‘Het probleem is ook vliegverkeer en industrie,’ weet hij. ’U pakt maar een klein stukje snelweg aan,’ verwijt hij Kaal. ‘Voor ons is de motie een station te vroeg,’ vindt Vervoort.

‘U kunt toch ook zelf al de maximum snelheid verlagen?’ denkt Clemens Meerts (Liberale Volkspartij). ‘Gewoon zelf maximum 100 km per uur rijden,’ vindt hij. ‘Bent u met de auto of met de fiets?’ wil Bert Zeegers (VVD) nog van Kaal weten.

Eigenlijk doet alleen Marcel Richter (Partij Welzijn Maasgouw) normaal over de motie. Hij ís dan ook mede-indiener. ‘De snelheid op dat stuk weg verspringt steeds van 100, 120, 130 enzovoorts,’ zegt hij. De weg op een maximumsnelheid zetten zou de verkeersdoorstroming wel eens kunnen verbeteren.

‘Ik denk juist dat we met wat kleins kunnen beginnen,’ zegt Kaal als het haar beurt weer is. Juist de uitstraling dat je iets doet kan de gemeente én het Rijk helpen, vindt Kaal. ‘En ik ben met de auto,’ laat ze Zeegers weten. ‘Een kleine, zuinige auto en geen grote Audi.’

‘De motie is alleen het verzoek dit neer te leggen bij het Rijk,’ zegt Richter nog. De raad van een buurgemeente heeft eenzelfde oproep ingestemd. ‘Wat let ons?’ vraagt hij.

Die vraag lijkt retorisch, vooral omdat geen van de fracties er nog echt antwoord op geeft.

‘Wilt u een motie in stemming brengen of trekt u die in,’ vraagt burgemeester Stef Strous. ‘Ik merk namelijk dat andere fracties tegen zullen stemmen,’ zegt de burgemeester. Een curieuze opmerking. Dat je motie het waarschijnlijk niet haalt, is immers nooit een goede reden om hem niet in stemming te brengen. Integendeel. Mocht de raad het signaal niet aan het Rijk af willen geven, kan ik me zo voorstellen dat Kaal en Richter ditzelfde wel aan hun kiezers willen doen.

Met slechts alleen de stemmen van van Kaal en Richter vóór, sneuvelt de sympathieke motie, zoals het ’t lot van een sympathieke motie betaamt. En ook hier, zoals meestal, zonder dat er nou echt een goede reden is om hem niet aan te nemen.

Deze column verscheen op 21 oktober 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘Ik weet bijna niet meer wat ik wilde zeggen,’ murmelt Saskia Borgers (PvdA/GL). Ze had eerder de voorzitter om een interruptie gevraagd. ‘Maar de wethouder bleef maar doorkletsen,’ zegt ze nu ze na het betoog van wethouder Caroline van de Pol wel het woord krijgt. Benieuwd of het haar nu wel lukt om antwoord op haar vraag te krijgen!

Er staat veel energie op de raadsagenda in Koggenland. Ten eerste bespreekt de raad de contouren voor het Zonne-energiebeleid, waarmee de gemeente een kader heeft voor het  plaatsen van zonnepanelen en zonneweides. Hard nodig, vindt Rosalien van Dolder (VVD). ‘We willen niet nog eens geconfronteerd worden met de situatie dat we een zonneweide niet kunnen weigeren.’ Ze vertelt dat haar partij behoorlijk wat moeite moest doen om een plan van Nuon tegen te houden.

‘Voorzitter interruptie!’ roept Borgers dan. Ze stond al enige tijd achter de prominente interruptiemicrofoon, maar blijkbaar vindt ze dat de voorzitter ook een verbale aansporing nodig heeft haar het woord te geven. ‘Even via de voorzitter,’ zegt burgemeester Jan Franx nog, al leek dat Borgers juist duidelijk te zijn.

‘PvdA-GroenLinks en Welzijn Koggenland hebben hier ook werk van gemaakt. Vergeet mevrouw Van Dolder dat niet?’ vraagt Borgers. ‘Alleen hadden we dat niet gered,’ erkent Van Dolder, voordat ze door gaat. Een helder antwoord op een terecht correctie.

‘Voorzitter bij interruptie!’ roept Borgers weer na enige tijd. Blijkbaar is er wéér een verbale attendering nodig. ‘Bij interruptie,’ herhaalt Franx, waarmee er weer drie mensen – Borgers, Van Dolder en de burgemeester zelf door elkaar heen aan het praten zijn. Terwijl de rechtop staande interruptiemicrofoon toch echt pal voor z’n snufferd staat.

Borgers wil van Van Dolder weten hoe ze de participatie bij zonneweides geregeld ziet. Eerder heeft zij daar een motie over ingediend. ‘U spreekt uw motie tegen,’ vindt Van Dolder als Borgers haar vraag heeft gesteld. ‘Dat heb ik niet gezegd,’ roept Borgers meteen in haar microfoon terug. Nog voor dat Borgers haar vraag kan herhalen, verheft Van Dolder haar stem. ‘Dit is de spreektijd van de VVD!’ roept ze over de nu ook prevelende stem van de burgemeester heen. ‘Laten we interrupties wel via de voorzitter houden,’ zegt Franx als Van Dolder klaar is. ‘Ik hou wel van orde.’ Hou dan ook orde, hoor ik mezelf denken.

Per interruptie, voorzitter’ moet Borgers weer zeggen. Inmiddels is het de termijn van Rene Klok (GBK) en wéér moet Borgers vragen om een interruptie, terwijl een non-verbaal signaal – even je vinger opsteken naar een aandachtige voorzitter – toch echt de boel overzichtelijker had gemaakt. ‘Voorzitter…’ meldt Borgers zich weer. Nu is het wethouder Van de Pol die achter het spreekgestoelte had plaatsgenomen. ‘Nee, nee,’ roept de wethouder, ‘ík blijf even aan het woord.’ Dat de wethouder daar niet zelf, maar toch echt de voorzitter, over gaat weet ook Borgers. ‘Ik vroeg het ook aan de voorzitter,’ zegt ze. ‘Even het betoog van de wethouder afmaken,’ zegt Franx. Ineens laat hij interrupties niet meer toe.

Als Borgers zich nu niet meer serieus genomen voelt, kan je daar best begrip voor opbrengen. ‘Kort en bondig graag een vraag stellen,’ zegt de burgemeester streng als Van de Pol klaar is. ‘Over de participatie hebben we nu wel het een en ander gehoord.’ Je zou bijna denken dat deze technische voorzitter daar een inhoudelijke opmerking mee maakt, terwijl de definitiekwestie van wat nou participatie is, en met welke intensiteit deze bij de aanleg van zonneweides wenselijk wordt geacht verre van uitgesproken is.

Beter wordt het na deze eerste termijn ook niet. ‘U stelt uw vragen maar voortaan schriftelijk,’ bijt Van de Pol Borgers toe, als deze haar ‘kletsen’-opmerking heeft gemaakt. Ook dat bokkige gedrag is, net als dat van Borgers, best te begrijpen. Maar aangezien deze wethouder en dit lid van het hoogste orgaan nog zeker tot maart 2022 nog door één bestuursdeur moeten, is het te hopen dat ze deze wrevel weten uit te praten. En dat ze ook nog eens goed kijken hoe de raadsvoorzitter, toch de spelverdeler van dit debat, daar aan heeft bij gedragen.

Deze column verscheen op 14 oktober 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘Zijn er nog nog meer woordmeldingen?’, vraagt burgemeester Jan Lonink. Een curieuze woordkeus. Je zou toch zeggen dat een raadsbijdrage meer is dan een ‘woordmelding’. Maar achteraf bezien, dat moet je de burgemeester nageven, blijkt het woord prima te passen bij de vergadercultuur van de gemeenteraad van Terneuzen.

Een van de zaken waar de raad vanavond een besluit over moet nemen, is de nieuwe Onderwijshuisvestingsverordening. ‘Er is in de commissie door een aantal fracties aangegeven dat ze er over willen spreken’, zegt burgemeester Lonink daarover. In die vergadering, twee weken eerder, hebben de leden inderdaad een kwartier lang geprobeerd technische informatie over normpercentages aan wethouder Sonja Suij te ontfutselen. Dat lukte maar matig; de wethouder beloofde er later op terug te komen.

Nu ligt er een amendement voor om de normpercentages te verhogen. ’Om te voorkomen dat we niet het gebouw kunnen neerzetten wat we zouden willen,’ zegt Laszlo van de Voorde (PvdA) erbij. Hij wil dat de schoolgebouwen meer zijn dan het ‘sober en doelmatig’ zoals het nu in de verordening staat. ’Als we karig gaan begroten kan de bouw stil komen te liggen,’ vult Peter de Kraker (D66) aan.

De andere leden van de raad hebben er geen vragen over. Ook over de verordening zelf hoeft niemand het woord. ‘Dan geef ik het woord aan wethouder Suij’, zegt burgemeester Lonink.

Van haar hoeft het amendement niet. ‘We hebben het er in de commissie uitvoerig over gehad’, al zou je dat kwartiertje heen-en-weer gecijfer ook anders kunnen typeren. ‘In onze gemeente zijn er geen aanwijzingen waarom we hoger zouden moeten gaan’, weet ze nu. Al heeft ze in de eerdere behandeling daar niets over gezegd. ‘Sober en doelmatig is voldoende’, zegt ze, waarna Lonink de tweede termijn kan openen.

Daar zijn ineens meer fracties spraakzaam. ’Wat ons betreft past sober en doelmatig prima bij een schoolgebouw,’ vindt Sam Verhelst (SGP). Hij zegt het amendement niet te steunen, maar het lijkt erop dat indieners dat voor het eerst horen. Nu dat pas in de tweede termijn is, geeft hen dat geen gelegenheid om daar in een openbaar debat op in te gaan.

Ook Frank Deij (Top Gemeentebelangen) zegt het amendement niet te steunen ‘Ons doel is goed onderwijs en een gebouw is daarin een middel’, zegt hij. Ongetwijfeld brandt de vraag waarom dat zijn standpunt over het amendement onderbouwt bij Van de Voorde en De Kramer op de lippen. Maar nu ook die vraag niet meer gesteld kan worden, zullen we het antwoord wel nooit krijgen. ‘Wat in de motie staat is helemaal niet nodig’, vindt George Meij (VVD). Waarom hij dat vindt, hoeft ook Meij niet verder te onderbouwen. Zonder veel woorden haalt het amendement het niet.

In een tweede agendapunt moet de raad een besluit nemen over de huishoudelijke hulp. ‘Ik heb in de eerste termijn geen vragen aan de wethouder’, zegt Jack d’Hooghe (Sociaal Terneuzen), alsof je in een eerste termijn niet ook gewoon je mening over een voorstel kan geven. Je weet wel, zodat andere fracties er op kunnen reageren. ‘Ik wil wel wat meegeven in de tweede termijn’, zegt hij nog, daarmee al aankondigend dat ook hij een opmerking gaat maken, zonder zijn raadscollega’s de mogelijkheid te geven er op in te gaan. ‘Ik hoef alleen spreektijd in de tweede termijn’, zegt ook Van de Voorde bij agendapunt parkeernormen.

Terwijl zonder interactie elk besluit maar matig is. Zo kom je er als burger immers nooit achter met welke afweging de gehele raad een besluit heeft genomen. Precies om die reden vergaderen raadsleden samen, en niet afzonderlijk in hun fractiekamer of via stemverklaringen of persberichten. Maar de raadsleden van Terneuzen vergaderen helemaal niet samen. Ze nemen daarmee niet alleen elkaar niet serieus, maar óók de democratie niet.

Deze column verscheen op 30 september 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘Het schaadt de taak die parlementariërs hebben om de macht te controleren,’ zegt Rob Jetten (D66). Zijn motie, samen met collega Gert-Jan Segers (ChristenUnie) moet 10 miljoen euro vrijmaken om de Tweede Kamer met meer medewerkers te ondersteunen. Terecht. De ondersteuning van Kamerleden is karig, wat onze democratie ook kwetsbaar maakt. Gelukkig wordt de motie, na een petitie van #steundekamer, ruim aangenomen.

Enkele uren later en 90 kilometer verderop, staat de gemeenteraad van Oss voor een vergelijkbaar dilemma. Met een andere afloop. ‘Wij kunnen ons goed in nieuwe Verordening Rechtspositieregeling vinden,’ zegt Jan van Kreij (SP) mat. Dit document beschrijft hoe de gemeenteraad zichzelf faciliteert met computergebruik, een reiskostenregeling, scholing… dingen om je werk als raadslid te kunnen doen. ‘Op één artikel na,’ voegt Van Kreij snel toe. De vergoeding voor een arbeidsongeschiktheids- en overlijdensrisicoverzekering hoeft wat hem betreft niet. Een voorstel dat de VNG gemeenten in een nieuwe model-verordening aan de hand doet. Ieder raadslid zou ermee een beroep kunnen doen op zo’n 120 euro per maand om zich extra te verzekeren. Immers, wanneer je door arbeidsongeschiktheid ook je raadswerk niet meer kan doen, valt ook dat inkomen weg. Voor de raadsleden in Oss is dat maandelijks toch zo’n 1.500 euro bruto.  ‘Op het moment dat je twee miljoen moet bezuinigingen, vinden wij het niet wijs om iets voor de raad te doen dat 55 duizend euro kan kosten,’ vindt Hans Boerboom (VDG). De aanvulling voor de verzekering zou de gemeente immers uit eigen zak moeten betalen. ‘We kunnen dat geld best aan andere zaken besteden,’ meent ook Henriëtte Renders (D66). 

‘Ik kan me niet voorstellen dat we een bepaalde groep mensen minder kansen geven dit werk te doen,’ vindt Dolf Warris (GroenLinks). Hij wijst er op dat een raadslid zelf kan besluiten geen gebruik van de vergoeding te maken. ‘Deze regelingen zijn er niet voor niets,’ vindt Hennie van der Wal (Beter Oss). Ook hij zou de regeling graag houden. ‘Raadsleden gaan parttime werken en nemen verlies van pensioen op de koop toe,’ legt Van der Wal uit.  

‘De regeling is best te berijpen,’ vindt Mari van Kilsdonk (CDA). Maar de gewone raadsvergoeding moet genoeg zijn, vindt Van Kilsdonk. ‘Wij kunnen er mee uit de voeten.’ ‘U heeft ‘m niet nodig, maar een ander misschien wel,’ reageert Warris. ‘Waarom wilt u die van deze mogelijkheid onthouden?’ vraagt hij. ‘De huidige raadstoelage is voldoende voor iedereen,’ antwoord Van Kreij. ‘Ik zou graag zien dat u voor u zelf spreekt,’ zegt Warris gepikeerd. Hij herhaalt dat de regeling facultatief is. Het hoeft daardoor niet veel te kosten, denkt Warris. ‘Ik wil het eigenlijk niet over geld hebben,’ zegt Van Kilsdonk. ‘Maar de motivatie om dit niet te doen, is de hele tijd de bezuinigingen,’ zegt Warris weer geërgerd. ‘Wij hebben gezegd dat de huidige regeling genoeg is,’ antwoordt Van Kilsdonk. ‘Het is gewoon op dit moment niet gepast om deze regeling in te voeren,’ voegt Boerboom toe. ‘Wij hebben geen signalen ontvangen dat er mensen zijn die het nodig hebben,’ zegt hij. Als het het écht zo nodig is, moet het Rijk het maar verplicht stellen, vindt Boerboom. Misschien heeft Boerboom dáár gelijk in. Ook deze vergadering laat maar weer zien dat het voor raadsleden moeilijk is om zichzelf te laten ondersteunen. Niet gek dat de regeling in Oss ook sneuvelt. In tijden waarin gemeenten weer kortingen van het Rijk moeten opvangen, is dat op zich te begrijpen. Maar dat datzelfde Rijk een paar uur eerder ervoor koos zichzelf met 10 miljoen te versterken, maakt de smaak van dit besluit wel wrang.

Deze column verscheen op 23 september 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘Er zijn twee moties ingediend met betrekking tot de dierenambulance,’ opent burgemeester Bas van den Tillaar. Beide moties proberen vanavond het ziekendierenvervoer te behouden. ’Ik begin bij de motie van de oppositie,’ zegt de burgemeester. Meestal is dat geen goede voorspellende waarde voor een keurig debat waar fracties op elkaar ingaan.

Net voor die behandeling hield dierenambulancedirecteur Nita Kramer een laatste pleidooi voor het behoud van de dienst. ‘Precies zes jaar geleden startte ik met de gemeente het gesprek over een vergoeding voor de dierenambulance,’ zei ze. Nu komt de dierenambulance het geld tekort en wil men de dienstverlening per komende maandag al beëindigen.

‘Het college heeft het laten gebeuren door de subsidieaanvraag van de dierenambulance af te wijzen, zegt Frances Oreel (PvdA) als eerste. ‘Ik heb daar moeite mee.’ Volgens Oreel had het college éérst de raad moeten pijlen. Met een motie probeert ze de 5.000 euro voor dit jaar en de iets meer dan 10.000 euro jaarlijks erna tóch gefinancierd te krijgen.

‘Wij zouden ook graag zien dat de Dierenambulance doorgaat,’ zegt Holger van Heek (LPV). Hij dient, samen met de fracties van Partij Souburg-Ritthem (PSR), de LPV, GroenLinks en anderen, een motie in die de wethouder voorstelt nog eens met de dierenambulance in gesprek te gaan. 

Geld heeft-ie er niet voor over. ‘Wij vinden dat de dierenambulance in het particuliere domein thuishoort,’ zegt Van Heek. Sportverengingen en de reddingsbrigade doen het ook met eigen geld, merkt Van Heek op. Wethouder Els Verhage valt hem bij. ‘Het vervoer van zieke dieren is geen wettelijke taak van de gemeente,’ zegt ze. En dus hoeft de gemeente het niet te doen, redeneert Verhage. Daarnaast heeft de dierenbescherming, die het vervoer uitvoert, zélf een aardige kas.

‘Volgens die logica zou je ook gratis je boodschappen bij de Aldi op moeten kunnen halen, want die hebben ook privé-vermogen,’ reageert Ruud Kleefman (POV). Gek genoeg kijkt niemand op bij deze bespotting van het argument, een reductio ad absurdum in retorische vaktermen.

Zonder portemonnee heeft een gesprek geen zin, redeneert Kleefman over de motie van zijn LPV en anderen. ‘Is alles in die zes jaar nou niet al besproken?’ vraagt ook Coen Bertijn (CDA) zich af. ‘Wethouder Verhage had zich vorige periode als raadslid in protest af laten voeren als dit zou gebeuren,’ schampert Coen van Dalen (ChristenUnie). ‘Iedere inwoner moet dus zelf maar gewonde dieren in een theedoek wikkelen,’ oreert Lilian Janse (SGP) verder. ‘Jammer als u gepikt of gebeten wordt.’

‘Laten we bij het gesprek er dan voor zorgen dat de wethouder in ieder geval genoeg heeft om dit jaar te financieren,’ stelt Janse voor. Maar door al het retorisch getoeter lijkt de toenadering die Janse aanbrengt, maar ook Bertijn en Kleefman eerder, niet meer op te vallen.

‘Ik probeer me in te denken hoe u de motie wil financieren,’ vraagt Rijnco-Jan Suurmond (PSR). ‘Dus als er wel dekking is, steunt u de motie wel?’ vraagt Pim Kraan. ‘Nee,’ antwoord Suurmond haast verbolgen, ‘mijn bijdrage ging er niet om dat u mij zou overtuigen.’ 

Helaas slaakt slechts alleen uw mystery burger een zucht bij die absurde opmerking. Blijkbaar is men het op deze publieke tribune gewend geraakt dat men met een raadsdebat kloven vergroot in plaats van samen beleid maakt. Bij de stemming stemt de coalitie voor de eigen motie, die het daarmee dus haalt. De motie van de oppositie, hoe verrassend, sneuvelt.

Als directeur Kramer van de dierenbescherming na afloop van het debat de zaal uit snelt, weet wethouder Verhage niet hoe snel ze achter haar aan kan schieten. Om vervolgens in gesprek gaan. In die zin is de motie van de coalitie uitgevoerd. Maar dat is dan ook alles wat dit debat der onbeweeglijken heeft opgeleverd.  

Deze column verscheen op 16 september 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

Enige strijdbaarheid kan Mijntje Pluimers (Lokaal Belang) niet worden ontzegd. ‘In onze samenleving zorgen we voor elkaar, zeker voor mensen die het moeilijk hebben,’ zegt ze, terwijl ze kordaat haar jasje dichtknoopt. ‘Elke keer als er iets is, moeten we met deze bril ernaar kijken.’

‘We hebben signalen opgevangen dat de voedselbank af-en-toe in nood zit,’ legt Pluimers uit. Voor haar fractie was het de reden voor een werkbezoek. ‘Ook het bestuur heeft het ons klip-en-klaar uitgelegd hoe het zit.’ Met een motie stelt Pluimers dit jaar eenmalig en vanaf volgend jaar structureel een bedrag voor de voedselbank in de begroting op te nemen. Ze brengt het niet onbewogen. ‘Daar waar onze kinderen leven in een moeilijke positie, moeten ze de kans krijgen om in een fijne samenleving om groot te worden.’

‘Bent u niet te vroeg met de motie?’ vraagt Theo Bos (VVD). De motie vraagt het college éérst de hulpvraag te onderzoeken, en dan met een begrotingsvoorstel te komen. Dus breng eerst de tekorten in kaart, redeneert de VVD’er. ‘Wij hebben het financiële vraagstuk helder, maar in de commissie bleek dat niet iedereen dat heeft,’ antwoordt Pluimers.

Duidelijk antwoord. Die twee komen er wel uit, zou je zeggen.

‘Het bestuur heeft aangegeven dat ze structurele hulp niet ziet zitten,’ interrumpeert Roel van den Broek (CDA). ‘Het zou betekenen dat ze afhankelijk van de gemeente worden.’ Ook inhoudelijk, wellicht. ‘Ik heb dat anders begrepen,’ meent Pluimers. ‘Ze zeiden zich in de laatste zin van de motie goed te kunnen vinden.’ Daar staat dat de voedselbank ‘naast de vanzelfsprekende financiële verantwoording, de voedselbank onafhankelijk moet blijven’.

Prima toch?

In de tweede termijn is er niets dan lof voor de voedselbank zelf. ‘Onze fractie is dankbaar voor het werk van de voedselbank,’ zegt Lukas Scheijgrond (CU) in een betoog waar hij de Bijbelse barmhartigheid aan het coalitie-akkoord knoopt. ‘Hoe fijn is het als je in tijd van nood een beroep kunt doen op hulp van deze professionele organisatie?’ stelt Suzanne Wassink (Pro’98) retorisch.

Het venijn van de betogen zit echter in de staart. ‘We vonden het belangrijk het voor de voedselbank op te nemen,’ zegt Leendert de Knegt (SGP), ‘opdat u niet denkt dat we tegen de voedselbank zijn. Want volgens De Knegt is de motie niet nodig. ‘Via de al goede contacten is er door de voedselbank zelf geen verzoek gedaan voor ondersteuning door de gemeente,’ weet hij.

‘Niemand heeft er om gevraagd,’ zegt ook Scheijgrond. Hij vreest zelfs dat de voedselbank niet beter af is. ‘Het gevolg van een vaste subsidie kán zijn dat fondsen zich terugtrekken,’ denkt hij.

Daarnaast deelt iedereen de vrees van de voedselbank om beleidsmatig afhankelijk van de gemeente te worden. ‘Een structurele ondersteuning leidt tot wederkerigheid,’ zei ook De Knegt al eerder. Wassink memoreert dat de wethouder in de commissie al toezegde met de voedselbank te zullen praten. ‘Het is alsof de commissievergadering helemaal nooit heeft plaatsgevonden,’ zegt Wassink, ‘en de motie een doel op zich lijkt.’

Met niet alleen de beleidsafhankelijkheid die de voedselbank vreest, maar ook insinuatie dat profileren voor Lokaal Belang belangrijker is dan beleid, lijkt het wel gedaan met de motie van Pluimers. ‘Ik heb een aantal maal horen uitspreken dat de stichting er niet om gevraagd heeft,’ probeert Pluimers nog in tweede termijn, ‘de vraag is of dat een probleem moet zijn.’

Aan de onbeweeglijkheid van haar collega’s lijkt dat zo te zijn. Aan deze mensen zijn geen andere meningen meer besteed; dit debat is al in de commissie gevoerd. En blijkt maar weer eens dat het verschil tussen doorzetten en doordrammen in de politiek een maar flinterdun lijntje is.

Deze column verscheen op 6 mei 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.

‘Op den duur wen je er wel aan,’ zegt Iwan Poucki (Gemeentebelangen). Daarmee is het raadslid verder dan zijn collega Ina Schenkel (ChristenUnie). ‘Ik kan er nog niet aan wennen,’ vindt ze. De naam Eemsdelta als nieuwe gemeente rolt de beide raadsleden nog niet lekker van de tong. Waar beiden het ook over eens zijn, is dat de gemeente Appingedam klaar is voor de herindeling met Delfzijl en Loppersum.

Al enige jaren wordt er over een bestuurlijke fusie van Appingedam, Delfzijl en Loppersum gesproken. Vanavond besluit de raad van Appingedam over het laatste Herindelingsadvies, voordat het naar de provincie gaat — en de gemeenten per 1 januari 2021 kunnen fuseren.

De aanleiding is niet helemaal intrinsiek gemotiveerd. ‘De hele start is verre van vrijwillig geweest,’ memoreert Bert Raangs (CDA). ‘Onze gebiedsopgaven waren te groot, onze financiële positie was niet krachtig genoeg,’ weet Cees van Ekelenburg (D66). Dat er nu een gemeentefusie van komt, lijkt hem nog steeds niet lekker te zitten. ‘Emotioneel is niemand blij met deze herindeling,’ denkt hij.

Toch adviseert Van Ekelenburg positief. ‘Als ik alles in het advies lees, denk ik: het verhaal klopt.’ Hij is niet de enige. ‘De herindelingstrein vertrekt,’ zei Poucki eerder. ‘Wat mij betreft is het een hogesnelheidstrein,’ sloot Schenkel direct aan. ‘Het is een goed technisch spoorboekje,’ grapt Joop van der Lei (PvdA) verder.

De treinmetafoor komt Van der Lei klaarblijkelijk goed van pas. ‘We moeten namelijk niet uit het oog verliezen waar we naar toegaan. Wat voor gemeente worden we straks?’ vraagt hij. ‘Worden we een gemeente van wegen en stenen, of een gemeente met cultuur en kinderen die gelukkig zijn?’ Haast filosofische vragen. ‘Het is meer dan drie gemeenten bij elkaar vegen,’ meent de PvdA’er.

Hij is niet de enige die zich er zorgen over maakt. ‘Laten we ons realiseren dat het werk nu begint,’ vindt ook CDA’er Raangs. ‘Nu moeten we nadenken over hoe we de gemeente willen neerzetten,’ zegt hij indringend. ‘Zoiets mis ik in het advies,’ vindt ook Van Ekelenburg.

‘Het is duidelijk dat we een volgende stap zetten in het herindelingsproces,’ begint burgemeester Anno Wietze Hiemstra. Hij is als portefeuillehouder Herindeling de eerste van het college die mag reageren op de reacties uit de raad.
‘We moeten de bewoners goed meenemen,’ vindt Hiemstra. Hoewel die open deur weinig recht doet aan de door de raad geroepen urgentie een visie te stellen, lijken de leden zonder veel gemor het als een antwoord aan te nemen. ‘Wat voor gemeente we willen zijn, gaat daarom allemaal langs komen de komende tijd,’ rondt Hiemstra af. Het komt wel goed, lijkt hij te willen zeggen.

Nu kun je stellen dat dit sussende antwoord op de toch wezenlijke vraag van de raad best karig is. De raad van Appingedam lijkt er geen problemen mee te hebben. In een tweede termijn hebben ze eigenlijk alleen nog vragen over de samenwerking met de provincie, gemor over de eerder al dan niet eerder toegezegde steun door de gedeputeerde en het anticiperen op tekorten in het sociaal domein.

Dat de burgemeester ver blijft van de vraag ‘wat voor gemeente Eemsdelta moet zijn’, kun je hem dan ook niet kwalijk nemen. Het is immers niet aan hem om daar antwoord op te geven. Dat de raad het debat laat schieten, moet je de raadsleden wél kwalijk nemen.

Als volksvertegenwoordiging — en hoogste orgaan nota bene – zijn deze leden de uitgelezen personen om nog vóór de herindelingstrein het volgende station voorbijraast zich af te vragen hoe hun Appingedam straks opgaat in nieuwe gemeente Eemsdelta — en wat die nieuwe gemeente is. Een verzameling van bestuurlijke opgaven? Of een verzameling van bewoners

Het is te hopen dat deze raad – net als die van Delfzijl en Loppersum – dat debat niet opgeven. Met de herindeling in het vooruitzicht, is het belangrijker dan ooit.

Deze column verscheen op 1 april 2019 bij Binnenlands Bestuur.

De Mystery Burger zit elke week op een willekeurige publieke tribune bij een gemeente of provincie. Elke maandag doet hij in Binnenlands Bestuur verslag van de kwaliteit van de besluitvorming en het overleg. Donderdags verschijnt de column ook als nieuwsbrief via Substack — met extra reflecties en tips voor raadsleden, burgemeesters, voorzitters en griffiers.

Wil je de column mét tips wekelijks in je inbox? Abonneer je dan hier.