De Mystery Burger is er nu ook als podcast

De podcast brengt je niet alleen het verhaal van de Mystery Burger, maar laat ook de stemmen en momenten uit de vergadering zelf horen. Zo beleef je van dichtbij hoe het eraan toe gaat in de politieke arena van de gemeenteraad. In samenwerking met de redactie van Binnenlands Bestuur selecteren we voor iedere maand de column die het meest indruk op ons maakte.

Of je nu raadslid bent, griffier, burgemeester of gewoon nieuwsgierig naar hoe lokale democratie in de praktijk klinkt: de Mystery Burger Podcast geeft je een unieke inkijk in de dynamiek van de raadzaal, met commentaar van een doorgewinterde observator die al honderden vergaderingen van dichtbij meemaakte.

Luisteren? De podcast is te vinden op Soundcloud, Apple Podcasts en Spotify. Meer informatie vind je hier.

Bestuurskundige John Bijl begrijpt dat gevoel: ‘Leg als gemeenteraad in het openbaar verantwoording af! Dat mogen de burgers van Tiel verwachten.’ De vertrouwensbreuk raakt immers meer dan één persoon: ‘Het was de gemeenteraad zelf die voor deze burgemeester heeft gekozen. Wat is er dan misgegaan? Was het een mismatch met de ambtelijke organisatie, of lag het aan de opdracht die Van der Meijden meekreeg?’

Dat er onder vier ogen wordt gesproken over een vertrouwelijke klachtenrapportage, vindt Bijl verdedigbaar. ‘Je wilt mensen niet onnodig beschadigen, en Van der Meijden kan zich niet verdedigen, want hij is er niet bij.’ Maar dat mag volgens hem geen reden zijn om het politieke gesprek uit de weg te gaan. ‘Juist nu hoort er openheid te zijn over het bestuurlijk proces.’

De zaak in Tiel lijkt op eerdere incidenten. Zoals in Noordoostpolder, waar burgemeester Harald Bouman al na tien maanden vertrok vanwege spanningen op het gemeentehuis. Of het vertrek van Rob Bats in Haren, na de Project X-rellen, waarbij hem werd verweten te laat te hebben ingegrepen. In beide gevallen was er sprake van publieke druk én een gespannen relatie met ambtenaren.

‘Voor een burgemeester is het eerste jaar altijd wennen’, zegt Bijl. ‘Je hebt veel petten op en het kost tijd om het vak onder de knie te krijgen. Bovendien is het een ingewikkeld én eenzaam beroep. Je hebt adviseurs, en misschien een collega die je kunt appen, maar uiteindelijk moet jij de knoop doorhakken. Dat is een druk waar je tegen moet kunnen.’

Toch is het niet zo dat een burgemeester zomaar op straat staat. Formeel kan alleen de minister van Binnenlandse Zaken een burgemeester ontslaan, en dat ook nog eens op verzoek van de gemeenteraad. De Commissaris van de Koning speelt daarin vooral een begeleidende rol, tenzij het gaat om een interim-benoeming – die kan hij wél intrekken.

Toezicht op het functioneren van een burgemeester is in de praktijk gebrekkig geregeld. ‘Wettelijk is daar niets over vastgelegd’, legt Bijl uit. ‘Vaak is er een klankbordgroep van raadsleden, maar het niveau daarvan verschilt enorm. Soms zijn die gesprekken niet veel meer dan een jaarlijks rondje “gaat wel goed toch?”.’ Volgens Bijl moeten raadsleden in zo’n klankbordgroep hun rol veel serieuzer nemen. ‘Ik ken een geval waarin de burgemeester jarenlang te horen kreeg dat alles prima was – totdat hij herbenoemd wilde worden. Toen bleek ineens dat men eigenlijk allang ontevreden was.’

Een goede verhouding tussen burgemeester en raad is cruciaal – maar even belangrijk is de relatie tussen burgemeester en ambtelijke organisatie. Als die ontspoort, valt er weinig meer te redden. De casus-Tiel laat zien hoe kwetsbaar het burgemeestersambt is, en hoe belangrijk het is dat raadsleden goed zicht houden op wat er zich achter de schermen afspeelt. Want bestuurlijke ontsporingen ontstaan zelden in de openbaarheid – maar ze ontwrichten des te meer.

Na de gemeenteraadsverkiezingen kreeg de POV als grootste partij de regie over de formatie en besloot John Bijl aan te stellen als informateur. Met een onafhankelijke en partijloze aanpak was zijn opdracht helder: een coalitie smeden die de komende vier jaar effectief kon besturen en breder gedragen werd binnen de raad. Bijl ging in gesprek met alle dertien partijen om hun visie en bereidheid tot samenwerking te peilen.

Tijdens deze gesprekken kwamen verschillende thema’s naar voren: de behoefte aan een andere bestuurscultuur, betere samenwerking tussen raad en college en een bredere betrokkenheid van de samenleving. Bijl benoemde in zijn analyse dat er veel politieke overeenkomsten waren tussen bepaalde partijen, maar ook dat de verhoudingen in de raad moeizaam waren.

Op basis van deze gesprekken stelde hij voor verder te onderhandelen met zes partijen: POV, PvdA, VVD, ROSA, GroenLinks en CDA. Hij onderbouwde deze keuze door te stellen dat deze partijen een gedeelde visie hadden op samenwerking en representatie van de gemeenteraad.

De strategische keuzes in de formatie

Een van de cruciale momenten in het proces was de afweging of een bredere coalitie mogelijk was. Sommige partijen, zoals D66 en DZ, gaven aan open te staan voor deelname, maar werden niet opgenomen in de uiteindelijke selectie. Dit leidde tot kritiek, vooral vanuit oppositiepartijen die vonden dat het proces minder open was dan werd beweerd. Bijl benadrukte in zijn eindverslag het belang van een coalitie die niet alleen intern stabiel zou zijn, maar ook een andere bestuursstijl moest omarmen. De nieuwe coalitie beloofde een cultuur waarin niet alleen de coalitiepartijen, maar de gehele raad eerder betrokken zou worden bij beleidsvorming

Een basis voor de toekomst

Met het advies van de informateur afgerond, lag de bal bij de coalitiepartners om een concreet akkoord uit te werken. Bijl zelf concludeerde dat het formatieproces niet alleen moest leiden tot een meerderheidscoalitie, maar vooral tot een werkbare verhouding tussen raad en college. Tijdens de bestuursperiode moet uitwijzen in hoeverre de ambities van participatie en bestuursvernieuwing daadwerkelijk waargemaakt worden.

De informateur heeft zijn werk gedaan: de basis is gelegd, de politieke verhoudingen zijn scherp gesteld en de zes partijen hebben hun samenwerking geformaliseerd. Nu is het aan het nieuwe college om de beloftes in de praktijk te brengen.

‘Ieder raadslid moet de mogelijkheid hebben om tegen het college te zeggen: “dit moet anders”. De motie is een prachtig instrument om heel duidelijk te laten zien dat het hoogste bestuursorgaan het college een opdracht geeft.’ De coalitie in Halle, bestaande uit het Vlaams-nationalistische N-VA en het christendemocratische CD&V, vindt dat de gemeenteraad te veel tijd besteedt aan moties over onderwerpen waar de raad geen beslissingsbevoegdheid over heeft. Hoewel de oppositie enige begrip toont voor deze redenatie, vreest men dat dit besluit te ver gaat en het democratisch proces schaadt.

Ook in Nederland is het motierecht niet wettelijk vastgelegd, maar een lokaal instrument. Dit betekent dat gemeenteraden hun eigen reglementen kunnen aanpassen. Bijl legt uit: ‘Je zou het reglement van de raad zo aan kunnen passen dat het onderdeel motie niet meer kan. De term “motie” komt in de gemeentewet niet voor. Het is feitelijk een lokaal instrument en geen wettelijk middel.’

Er zijn in Nederland al voorbeelden van beperkte motierechten. Sommige gemeenteraden staan bijvoorbeeld geen moties ‘vreemd aan de orde van de dag’ toe of beperken het indienen van moties bij bepaalde agendapunten. Dit toont aan dat er mogelijkheden zijn om het motierecht in te perken, hoewel een totaalverbod zoals in Halle voor zover bekend nog niet is voorgekomen.

In Halle hebben maatschappelijke organisaties, waaronder Masereelfonds en Beweging.net, hun zorgen geuit over het motieverbod. In een brief aan de gemeenteraad stellen zij dat de raad de afgelopen tien jaar niet overspoeld is met moties en dat het verbod een disproportionele maatregel is.

Vertrouwen in de gemeente, maar niet in de stembus

Ondanks de lage opkomst hebben kiezers meer vertrouwen in de lokale politiek dan in de landelijke, stelt Bijl. ‘De burgemeester als gezagsdrager geniet nog aanzien, als een van de weinigen.’ Toch vertaalt dat vertrouwen zich niet in een hogere opkomst. ‘Onderzoek, onder andere in Rotterdam, laat zien dat veel mensen simpelweg vergeten te stemmen of er geen interesse in hebben. Maar een groot deel weet ook niet waar ze eigenlijk op stemmen. Onbekend maakt onbemind.’

Meer dan een morele verplichting

Veel gemeenten voeren campagnes om kiezers te mobiliseren, maar die missen vaak hun doel. ‘Ze spreken mensen aan op hun plicht om te stemmen, terwijl die groep toch wel gaat. De uitdaging is om duidelijk te maken dat de gemeente ertoe doet.’ Volgens Bijl helpt een zichtbare campagne, zoals het ouderwetse verkiezingsposters plakken. ‘Fysieke aanwezigheid in de stad maakt verschil.’ Ook een politieke tweestrijd kan mobiliserend werken. ‘In 2006 was de opkomst in Rotterdam hoger door de strijd tussen Leefbaar Rotterdam en PvdA. Die competitie trok mensen naar de stembus.’

Verkiezingen in crisistijd

De verkiezingen vallen samen met forse bezuinigingen: in 2026 kort het Rijk 2,4 miljard euro op het gemeentefonds. Daardoor belanden veel gemeenten in de rode cijfers. ‘Normaal wil je verkiezingen ingaan met “dit gaan we oplossen”, maar nu wordt het eerder “we proberen het overeind te houden”’, waarschuwt Bijl. De vraag is of dat kiezers inspireert – of juist verder afschrikt.

Volgens Bijl is de situatie in Houten niet uniek. ‘Wat daar is gebeurd, is inherent aan politiek. Lokale bestuurders zijn vaak mensen die met passie voor hun gemeente aan de slag gaan. Maar als emoties en verantwoordelijkheden uit balans raken, kunnen de verhoudingen ontsporen.’ Hij benadrukt dat democratie draait om het omgaan met verschillende opvattingen. ‘Emoties spelen dan vanzelf een grote rol.’

De val van een burgemeester

De snelle vertrekronde van bestuurders in Houten leidt onvermijdelijk tot publieke scepsis over de politiek. ‘Veel burgers zien in dit soort bestuurlijke crises een bevestiging van hun wantrouwen: “ze” maken er toch altijd een zooitje van.’ Toch ziet Bijl geen slecht functionerende gemeenteraad. ‘De raad staat nog steeds overeind. Dat beperkt de schade. Het is verstandig geweest om snel een waarnemend burgemeester aan te stellen.’

Over het vertrek van Isabella is hij helder: ‘Bij mij overheerst het gevoel dat hij is meegetrokken in de val van zijn wethouders. Dat is het lot van de voetbalcoach: als je team slecht presteert, ben jij verantwoordelijk en moet je dus weg.’

Toekomst van lokaal bestuur onder druk

Met de gemeenteraadsverkiezingen over een jaar en een steeds moeilijker wordend politiek klimaat, wordt het vinden van geschikte kandidaten een uitdaging. ‘De kans dat je als lokale bestuurder te maken krijgt met bedreigingen is zes op tien. De gemeentepolitiek is anno 2025 zwaarder dan ooit.’

Daarnaast is er een groot afbreukrisico. ‘Je kunt halverwege de rit zomaar op straat staan. Soms door eigen handelen, soms door onoverbrugbare politieke meningsverschillen. Daarom is een wachtgeldregeling noodzakelijk. Zonder dat financiële vangnet waagt niemand zich nog aan de lokale politiek.’

Toch blijft de publieke opinie hardnekkig. ‘Als oud-politicus doe je het in de ogen van het publiek nooit goed. Vind je snel een nieuwe baan, dan ben je een draaideurpoliticus. Werk je buiten de politiek, dan is het “vast geregeld door je vriendjes”. En blijf je langer zonder werk, dan ben je een wachtgeldtrekker.’

Voor de gemeenteraad van Houten is Bijls advies simpel: ‘Je hebt een verantwoordelijkheid gekregen van je kiezers. Ga over tot de orde van de dag en doe er wat mee.’

Welke rollen heeft de Kamervoorzitter in het debat en welke functies heeft die daarbuiten nog meer? Wat maakt voorzitten zo uitdagend? En hoe gaat het er achter de schermen aan toe? Presentator Kemal Rijken bespreekt het met politiek- en debatdeskundige John Bijl, oud-Tweede Kamervoorzitter Wim Deetman, ex-Tweede Kamerlid Anne Lize van der Stoel en politiek historicus Anne Bos.

Bekijk de aflevering op vrijdag 14 maart 2025 om 20.00 uur via de livestream hier, of bekijk het later hier terug. Je kunt het ook (terug)zien op de zender NPO Politiek en Nieuws en op Salto 1 Amsterdam.

De keuze van de gemeenteraad komt na aanhoudende kritiek op wethouder Paul Slettenhaar. Deze kritiek leidde eerder aan tot een breuk in de coalitie, waardoor het college met een minderheidssteun van slechts VVD en Lokaal Vitaal en een nieuwe, onafhankelijke wethouder verder moet. Deze laatste neemt het sociaal domein én het beheer van statushoudershuisvesting op zich, terwijl Slettenhaar zich alleen nog op de woningbouw zal richten.

Van de raad moet Slettenhouder dan de portefeuille statushoudershuisvesting neerleggen. Formeel is dat een verzoek, legt bestuurskundige John Bijl uit. Al verwacht hij dat de portefeuillehouders gehoor zullen geven aan de oproep van de raad, ‘De wethouders kunnen zeggen: we doen het lekker toch niet. Maar ik vermoed dat ze zich eraan gaan houden. Anders los je de bestuurscrisis nooit op.’

In de praktijk zal overigens deze portefeuille niet helemaal uit het zicht van de wethouder verdwijnen, legt Bijl uit. ‘Het college spreekt namelijk altijd met een mond, dus hij blijft mede-verantwoordlijk.

Ook over dit onderwerp

Minderheidscoalitie in Castricum ‘is democratischer’

 

 

‘Wij als raadsleden mochten het rapport inzien waarop de keus is gebaseerd’, zegt raadslid Janneke Krajenbrink (IBV). ‘Daarin stond vertrouwelijke bedrijfsinformatie. Twee raadsleden en een commissielid hebben gegevens gedeeld die de bedrijven nog niet wisten. Dat vind ik echt heel kwalijk.’

D66’er Erik Mulder, initiatiefnemer van het gesprek met de afgevallen bedrijven, wilde vooral hun bezwaren horen. ‘Over de inhoud kan ik niets zeggen. Het ging om vertrouwelijke zaken.’

Volgens gemeentepolitiekdeskundige John Bijl heeft de burgemeester geen sanctiemogelijkheden. ‘Hij kan alleen een vooronderzoek doen en, als de informatie klopt, aangifte doen.’ De maximale straf voor het lekken van vertrouwelijke informatie is een jaar cel of een boete van 25.000 euro, maar volgens Bijl is dat nog nooit opgelegd.

Reinis onderneemt geen juridische stappen, maar Irado en RAD beraden zich nog op mogelijke vervolgstappen. Met dit onderzoek staat de gemeenteraad voor de uitdaging integriteit te bewaken zonder de politieke verhoudingen te verstoren.