In verkiezingstijd is verleiding nooit ver weg. Maar het Rotterdamse VVD-campagnefilmpje laat zien hoe makkelijk politieke fantasie de werkelijkheid verdringt.
Er zijn verkiezingsfilmpjes die raken, verrassen of prikkelen. De nieuwste campagnevideo van de Rotterdamse VVD doet iets anders: hij wekt verwarring. In de film wordt lijsttrekker Vincent Karremans opgevoerd als een soort politieke Batman. Hij vecht zich een weg door een verduisterd Rotterdam, springt door plassen, plukt kogels uit de lucht en krijgt steun van oud-burgemeester Ivo Opstelten. De boodschap: deze man gaat het oplossen.
Mooie shots, goed licht. De muziek is vlak — een consonantje had niet misstaan. De vlotte, straattalige voice-over past niet bij de gedragen beelden. Cinematografisch is het indrukwekkend. Maar politiek gezien is het misplaatst.
Alsof hij kandidaat is voor het héle gemeentebestuur, als een soort rechtstreeks gekozen gemeente-president, doet Karremans in het filmpje voorkomen ‘alsof hij het even gaat fixen’. Alsof hij zich niet zozeer verkiesbaar stelt voor de gemeenteraad, maar voor iets hogers — een soort direct gekozen burgemeester, of liever nog: een gemeente-president. Iemand die in zijn eentje de problemen van de stad te lijf gaat. Dat klinkt krachtig, maar het mist de kern van lokale democratie.
Politiek bedrijven is in een democratie namelijk een groepsactiviteit. Democratische politiek is vooral: met elkaar van mening verschillen. Dat doe je niet in je eentje. De afgelopen vier jaar had Karremans om de stad te besturen zijn meer ervaren fractiegenoten maar al te hard nodig. Én zeker ook de andere leden van de raad. Een gemeenteraad is geen podium voor solisten. Het is een beraad: een plek waar meningen botsen, belangen worden gewogen en besluiten tot stand komen in samenspel met anderen. Daarnaast: raadsleden zijn niet verkozen om ‘problemen op te lossen’, maar om te bepalen welke problemen prioriteit krijgen, en onder welke voorwaarden oplossingen acceptabel zijn. De uitvoering is vervolgens aan het college en de ambtelijke organisatie.
Door de raad te presenteren als springplank voor persoonlijke daadkracht, wordt het ambt van volksvertegenwoordiger niet verheerlijkt, maar verkleind.
Op inhoud valt er bovendien weinig te ontdekken. Voor iemand die zich presenteert als ‘probleemoplosser’, zitten er in de film verrassend weinig voorstellen voor oplossingen. Wel veel beelden. Veel bravoure. En aan het eind een opvallende scène waarin oud-burgemeester Ivo Opstelten hem aanspreekt als ‘loco-burgemeester’.
Dat slaat nergens op. Ten eerste is ‘loco-burgmeester’ geen titel. Het betekent alleen dat je de burgemeester vervangt als die afwezig is. Op de stadhuistrappen in plassen springen zoals in het filmpje lijkt me geen overdraagbare burgemeesterstaak. In de praktijk zijn dat doorgaans de wethouders, op basis van een roulatieschema. Elke wethouder kan loco zijn. Sterker nog: zelfs raadsleden kunnen in uitzonderlijke gevallen aangewezen worden. Het is geen exclusieve rol, laat staan een campagnetroef.
Karremans zet zich in het filmpje af tegen politici ‘die heel hun leven op het stadhuis achter een bureau zitten’. Pijnlijk. Raadsleden vergaderen gemiddeld twintig uur per week. Daarmee creëren ze een gezamenlijke afweging — dat is de essentie van democratie. En precies dat besef ontbreekt in de film. Er wordt gesuggereerd dat je met daadkracht, beelden en persoonlijke overtuiging de stad bestuurt. Maar dat is geen gemeentepolitiek. Dat is een campagne in presidentsstijl, en dat past niet binnen ons democratisch landschap.
Karremans zou beter moeten weten waar hij kandidaat voor is: voor de gemeenteraad. Om met anderen het debat aan te gaan. Jammer. Hij heeft de afgelopen jaren laten zien dat hij meer in huis heeft dan deze semi-presidentiële persoonsverheerlijking.
Verkiezingscampagnes zijn bedoeld om kiezers te overtuigen — niet om hen op het verkeerde been te zetten. Door te suggereren dat de democratie werkt als een videogame — kies een held, en de rest komt vanzelf goed — wordt het collectieve karakter van besluitvorming ondergraven.
De gemeenteraad is het hoogste orgaan van de gemeente, niet de individuele wethouder of fractievoorzitter. Wie zich daarvoor kandidaat stelt, doet er goed aan zich als teamspeler op te stellen. Karremans heeft de afgelopen jaren laten zien dat hij dat kan. Des te jammerder is het dat hij nu kiest voor bombast boven bescheidenheid.
Dit filmpje zal niemand op andere gedachten brengen. Het bevestigt vooral wat eigen kiezers al dachten, maar overtuigt de twijfelaar niet. Veel verstandiger — en democratischer — was het geweest om te laten zien hoe Karremans als raadslid wil bijdragen aan het debat. Waar hij staat, met wie hij samenwerkt, en hoe hij het verschil maakt tussen praten en besluiten.
Want politiek is geen heldenverhaal. Het is werk. En goed werk begint met weten voor welke rol je solliciteert.